Schrif­te­lijke vragen - Festivals in Haagse parken


Indiendatum: feb. 2016

Sinds vijf jaar wordt het Carnivale winterfestival jaarlijks (2014 uitgezonderd) in het Huygenspark gehouden. Het Huygenspark is een waardevol, klein stadspark. De jongste editie zag een verdubbeling van het aantal bezoekers, van 8.500 naar 17.000[1]. Van bewoners hebben wij vernomen dat het festival in zijn kleine hoedanigheid in 2009 zijn sporen duidelijk had na gelaten in het park. De verdubbeling van het bezoekersaantallen en een toename in het aantal attracties tijdens de laatste editie hebben een nog negatievere invloed op de bodemgesteldheid en mogelijk op de gezondheid van de (monumentale) bomen (zie bijgevoegde foto's). Festivals zijn leuk voor de bewoners van Den Haag, maar er kleven ook vele nadelen aan. Vooral de festivals die, zoals Carnivale, plaatsvinden in parken en natuurgebieden vormen een bedreiging voor de aanwezige (al dan niet beschermde) flora en fauna. Maar ook het gebruik van onder meer plastic wegwerpbekers en aggregaten voor stroom zorgen ervoor dat festivals een behoorlijke inbreuk maken op de omgeving en op het milieu.

Onder verwijzing naar artikel 30 van het Reglement van Orde stelt ondergetekende de volgende vragen:

1. Hoeveel festivals hebben vanaf 1 januari 2015 een vergunning aangevraagd voor een festival in de gemeente Den Haag? Hoeveel zijn er verleend en hoeveel zijn er geweigerd?

2. Hoeveel en op welke data hebben festivals met versterkte muziek plaatsgevonden in parken en natuurgebieden in de gemeente Den Haag vanaf 1 januari 2015? Graag aangeven per park en natuurgebied.

3. Hoeveel festivals in Den Haag werken met een zogeheten duurzaamheidsprotocol waarbij er bijvoorbeeld geen aggregaten gebruikt worden en niet wordt gewerkt met plastic wegwerpbekers?

4. Hoeveel klachten zijn er vanaf 1 januari 2015 ontvangen bij de gemeente, politie, of andere instanties, van overlast? En wat was de aard van de klachten (geluidsoverlast, vervuiling, dierenleed) Graag het aantal en de aard van de klachten aangeven per festival.

5. Graag ontvangt de PvdD een kostenraming van de kosten die de gemeente en politie hebben moeten maken voor de verlening van vergunningen, ondersteuning en handhaving openbare orde van deze festivals.

Het Huygenspark is een voorbeeld waarbij de schade na een festival duidelijk zichtbaar is. (Zie bijgevoegde foto’s)

6. Door wie en op welke manier wordt schade in parken en natuurgebieden geregistreerd?

7. Hoeveel schade was er in 2015 aan de natuur in Den Haag als gevolg van festivals? In hoeveel en welke gevallen is deze schade hersteld, en wie heeft de herstelkosten hiervan betaald? Graag een specificatie van de schade en de betaling van het herstel van de natuur.

8. Betalen festivalorganisatoren altijd huur voor het gebruik van parken en natuurgebieden? Zo ja hoeveel? Zo nee, waarom niet?

9. Zijn festivalorganisatoren verplicht een ecologisch onderzoek uit te (laten) voeren alvorens het festival plaats heeft of de vergunning wordt verstrekt? Indien nee, waarom niet? Indien ja, welke maatregelen kan de gemeente afdwingen nadat een dergelijk onderzoek is uitgevoerd?

10. Is het college bereid de Haagse stadsecoloog te vragen om de ecologische waarde van alle mogelijke festivallocaties in Den Haag in kaart te brengen? Indien nee, waarom niet?

11. Wordt er bij het verlenen van vergunningen rekening gehouden met dieren, natuur en milieu, op de locatie waar het festival gehouden wordt en in aan deze locatie grenzende natuur- en stiltegebieden? Zo ja: op welke manier? Zo nee: waarom niet?

12. Is het college bereid in kaart te (laten) brengen welke festivallocaties zo min mogelijk overlast veroorzaken voor flora en fauna? Indien nee, waarom niet?

In de evenementenvisie wordt aangegeven dat Duurzaamheid bij evenementen wordt gestimuleerd en dat een richtlijn duurzame evenementen wordt opgesteld, inclusief praktische aanbevelingen en verwijzingen op het gebied van duurzaamheid.

13. Is deze richtlijn al opgesteld? Zo ja, wordt deze toegepast bij elk evenement? Wat zijn de ervaringen hiermee? Welke andere mogelijkheden heeft de gemeente om festivalorganisatoren te stimuleren duurzamer te gaan werken? En wordt door de gemeente gebruik gemaakt van deze mogelijkheden? Zo nee, waarom niet?


Christine Teunissen
Partij voor de Dieren

[1] http://denhaagfm.nl/2015/12/31/carnivale-trekt-mensen-17-000-mensen-naar-huygenspark-fotoserie/

Indiendatum: feb. 2016
Antwoorddatum: 5 apr. 2016

Het raadslid mevrouw Teunissen heeft op 8 februari 2016 een brief met daarin dertien vragen aan de voorzitter van de gemeenteraad gericht.

Overeenkomstig artikel 30 van het reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad, beantwoordt het college deze vragen als volgt.

Sinds vijf jaar wordt het Carnivale winterfestival jaarlijks (2014 uitgezonderd) in het Huygenspark gehouden. Het Huygenspark is een waardevol, klein stadspark. De jongste editie zag een verdubbeling van het aantal bezoekers, van 8.500 naar 17.000*. Van bewoners hebben wij vernomen dat het festival in zijn kleine hoedanigheid in 2009 zijn sporen duidelijk had na gelaten in het park. De verdubbeling van het bezoekersaantallen en een toename in het aantal attracties tijdens de laatste editie hebben een nog negatievere invloed op de bodemgesteldheid en mogelijk op de gezondheid van de (monumentale) bomen (zie bijgevoegde foto's). Festivals zijn leuk voor de bewoners van Den Haag, maar er kleven ook vele nadelen aan. Vooral de festivals die, zoals Carnivale, plaatsvinden in parken en natuurgebieden vormen een bedreiging voor de aanwezige (al dan niet beschermde) flora en fauna. Maar ook het gebruik van onder meer plastic wegwerpbekers en aggregaten voor stroom zorgen ervoor dat festivals een behoorlijke inbreuk maken op de omgeving en op het milieu.

Onder verwijzing naar artikel 30 van het Reglement van Orde stelt ondergetekende de volgende vragen:

1. Hoeveel festivals hebben vanaf 1 januari 2015 een vergunning aangevraagd voor een festival in de gemeente Den Haag? Hoeveel zijn er verleend en hoeveel zijn er geweigerd?

In de bovengenoemde periode zijn in de gemeente Den Haag 308 evenementen met versterkt geluid aangevraagd en vergund.

2. Hoeveel en op welke data hebben festivals met versterkte muziek plaatsgevonden in parken en natuurgebieden in de gemeente Den Haag vanaf 1 januari 2015? Graag aangeven per park en natuurgebied.

In de bovengenoemde periode zijn in totaal 44 evenementen met versterkt geluid aangevraagd en vergund in Haagse parken. Omwille van de leesbaarheid hebben we de evenementen geclusterd naar locatie en maand:
- Westbroekpark (4 – mei, september en juli);
- het Zuiderpark (12 – maart, juni, juli, augustus en oktober);
- de Uithof (7 – april, mei, juni en augustus);
- het Malieveld (17 – maart, april, mei, juni, juli, augustus, september en oktober );
- Huygenspark (4 – april, mei en december).

3. Hoeveel festivals in Den Haag werken met een zogeheten duurzaamheidsprotocol waarbij er bijvoorbeeld geen aggregaten gebruikt worden en niet wordt gewerkt met plastic wegwerpbekers?

Festivals zijn voor Den Haag van groot belang: ze geven onze stad dynamiek en bieden Hagenaars een aantrekkelijke invulling van hun vrijetijd. Maar de betekenis van festivals reikt veel verder. Festivals beïnvloeden het imago van de stad, bepalen de mate van aantrekkelijkheid voor wonen en werken, trekken bezoekers (toeristen) aan, lokken bestedingen uit en vergroten zo de afzetmogelijkheden voor het Haags MKB. Ook dragen ze in belangrijke mate bij aan de werkgelegenheid.

Eind 2015 is de motie “duurzaamheidscriteria bij grootschalige publieksevenementen’ omarmd. Voor het college is de economische spin-off het doorslaggevend criterium bij een subsidieaanvraag. Er worden daarom geen extra voorwaarden gesteld qua duurzaamheid om in aanmerking te komen voor een subsidie. Wel kunnen organisatoren zelf aangeven hoe zij met duurzaamheid in relatie tot hun evenement omgaan. De consument kiest steeds bewuster. Dit is voor ondernemers en ook organisatoren een belangrijke reden om zelf de beweging te maken naar duurzaamheid. Indien een organisator specifieke en vernieuwende initiatieven op het gebied van duurzaamheid wil ontplooien, kan contact worden opgenomen met de gemeentelijke adviseur verduurzaming evenementen. Enkele evenementen hebben van deze mogelijkheid gebruik gemaakt (Volvo Ocean Race, de Parade en het Zeeheldenfestival).


4. Hoeveel klachten zijn er vanaf 1 januari 2015 ontvangen bij de gemeente, politie, of andere instanties, van overlast? En wat was de aard van de klachten (geluidsoverlast, vervuiling, dierenleed) Graag het aantal en de aard van de klachten aangeven per festival.

Uit de gemeentelijke klachtenregistratie blijkt nauwelijks van klachten bij de bovengenoemde evenementen. Incidenteel wordt geklaagd over geluidsoverlast, met name bij het Malieveld. Handhavers van de gemeente en mensen van de politie houden het verloop van evenementen nauwlettend in de gaten om te zien of organisatoren hun afspraken nakomen.

5. Graag ontvangt de PvdD een kostenraming van de kosten die de gemeente en politie hebben moeten maken voor de verlening van vergunningen, ondersteuning en handhaving openbare orde van deze festivals.

De organisator van een evenement moet zelf zorgen voor zaken als beveiliging, afzettingen en het schoonmaken van het terrein. Kosten van de vergunningverlening door de gemeente worden door middel van leges in rekening gebracht. Voor wat de politie-inzet betref is landelijk bepaald dat de kosten hiervan niet worden doorberekend aan organisatoren. Informatie over de kosten van politie-inzet is daarom niet voorhanden.

Het Huygenspark is een voorbeeld waarbij de schade na een festival duidelijk zichtbaar is. (Zie bijgevoegde foto’s)


6. Door wie en op welke manier wordt schade in parken en natuurgebieden geregistreerd?

Door het schouwen van het terrein door de organisator en de (groen)beheerder van het desbetreffende stadsdeel wordt bekeken of een evenement schade heeft aangericht. Eventuele schade wordt verhaald op de organisator. In de praktijk is dit weinig nodig.

7. Hoeveel schade was er in 2015 aan de natuur in Den Haag als gevolg van festivals? In hoeveel en welke gevallen is deze schade hersteld, en wie heeft de herstelkosten hiervan betaald? Graag een specificatie van de schade en de betaling van het herstel van de natuur.

Er was in 2015 geen sprake van blijvende schade aan de natuur door festivals.

8. Betalen festivalorganisatoren altijd huur voor het gebruik van parken en natuurgebieden? Zo ja hoeveel? Zo nee, waarom niet?

Nee, (grotere) evenementen hebben ook een toegevoegde waarde voor onze inwoners en leveren een bijdrage aan de aantrekkelijkheid van Den Haag. Daardoor hebben ze positieve effecten voor de economie en de werkgelegenheid. Uitgangspunt is dat een evenement voor de gemeente budgettair neutraal is. Alleen voor het gebruik van het Malieveld moet een vergoeding worden betaald aan Staatsbosbeheer.

9. Zijn festivalorganisatoren verplicht een ecologisch onderzoek uit te (laten) voeren alvorens het festival plaats heeft of de vergunning wordt verstrekt? Indien nee, waarom niet? Indien ja, welke maatregelen kan de gemeente afdwingen nadat een dergelijk onderzoek is uitgevoerd?

Nee, deze verplichting wordt vanuit de gemeente niet aan organisatoren opgelegd. Op het gebied van natuurwetgeving (Natuurbeschermingswet, Flora- en Faunawet) is de gemeente niet het bevoegd gezag. Bij de aanvraag kijkt de gemeente wel of het gaat om gebieden met een lage natuurwaarde, die normaliter ook als speelweide of dergelijke worden gebruikt. Voor kwetsbare gebieden met een hoge natuurwaarde moet vaak separaat een ontheffing worden aangevraagd bij de provincie en/of het ministerie. Bij een ontheffing in het kader van de Flora- en Faunawet moet bijvoorbeeld een ecologisch onderzoek worden aangeleverd.

10. Is het college bereid de Haagse stadsecoloog te vragen om de ecologische waarde van alle mogelijke festivallocaties in Den Haag in kaart te brengen? Indien nee, waarom niet?

De ecologische waarde wordt per aanvraag bekeken. Van een aantal locaties, zoals het Malieveld en het Zuiderpark, is dit reeds in kaart gebracht, omdat deze locaties vaak gebruikt worden.

11. Wordt er bij het verlenen van vergunningen rekening gehouden met dieren, natuur en milieu, op de locatie waar het festival gehouden wordt en in aan deze locatie grenzende natuur- en stiltegebieden? Zo ja: op welke manier? Zo nee: waarom niet?
12. Is het college bereid in kaart te (laten) brengen welke festivallocaties zo min mogelijk overlast veroorzaken voor flora en fauna? Indien nee, waarom niet?

Zie het antwoord onder vraag 9 en 10.

In de evenementenvisie wordt aangegeven dat Duurzaamheid bij evenementen wordt gestimuleerd en dat een richtlijn duurzame evenementen wordt opgesteld, inclusief praktische aanbevelingen en verwijzingen op het gebied van duurzaamheid.

13. Is deze richtlijn al opgesteld? Zo ja, wordt deze toegepast bij elk evenement? Wat zijn de ervaringen hiermee? Welke andere mogelijkheden heeft de gemeente om festivalorganisatoren te stimuleren duurzamer te gaan werken? En wordt door de gemeente gebruik gemaakt van deze mogelijkheden? Zo nee, waarom niet?

Nee, deze richtlijn is nog niet opgesteld. Voor het overige zie het antwoord vraag 3.

Het college van burgemeester en wethouders,
de secretaris, de burgemeester,
mw. A.W.H. Bertram J.J. van Aartsen

Interessant voor jou

Schriftelijke vragen - De stad aan dubbelglas

Lees verder

Schriftelijke vragen - Veiligheid kademuren Veenkade

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer