Bijdrage Beleidskader Kunst en Cultuur 2021-2024
Cie Samenleving
Voorzitter,
Kunst en cultuur zetten aan het denken, maken emoties los, ontroeren, ontregelen en verbinden. Het helpt mensen om buiten de gebaande paden te denken; en dat heeft de samenleving juist nu en in de toekomst hard nodig. Daarom spreekt de Partij voor de Dieren vandaag liever niet over de subsidies voor de Haagse kunst en cultuur sector, maar veel liever over investeringen. Je investeert namelijk ook in een betere samenleving net zoals je investeert in beter OV, beter onderwijs en in kunst. Als stad investeren we in onze toekomst. Een creatieve samenleving is er een met brede ontplooiingsmogelijkheden.
Een stad met een echt makersklimaat. Den Haag is in cultureel opzicht een rijke stad met een rijk verleden. Het Haagse culturele aanbod is divers en veelzijdig, van amateurkunst tot de absolute wereldtop tot de underground. Dat moeten we koesteren en juist stimuleren, ook voor komende generaties.
Maar het koesteren van het makersklimaat en de artistieke kwaliteit staan op de tocht. In de culturele sector is de arbeidspositie door de jaren heen verslechterd. Voltijdsbanen zijn omgezet in kleinere dienstverbanden en vaste banen zijn vervangen door tijdelijke dienstverbanden of de inhuur van zzp’ers.
Als er een ding goed is aan de investeringen is dat daardoor salarissen kunnen worden gegarandeerd.
Voor deze groep zzp’ers is de bedrijfsvoering anders ingericht dan bij gezelschappen en instellingen. Financieringsinstrumenten zijn niet altijd op hen toegesneden. Net als voor (beginnende) makers is de arbeidspositie voor hen minder gunstig. Zij ontvangen niet altijd een passende beloning voor hun werk.
De financiële knelpunten en vraagstukken binnen de culturele sector hebben op verzoek van de minister geleid tot een verkenning van de Raad voor Cultuur naar andere financieringsvormen die doorontwikkeld kunnen worden. Een vraag aan de wethouder is dan ook of de Governance Code Cultuur, de Fair Practice Code, en de Code Culturele Diversiteit al zo praktisch toepasbaar zijn voor deze groep in de culturele sector?
Want de Partij voor de Dieren heeft toch vraagtekens hierbij. Wordt hiermee de administratieve last niet te groot voor de kleinschallige ZZP-ers die hierdoor minder tijd overhouden aan het bezig zijn met kunst en cultuur. Vaak werken deze ondernemers in deeltijd elders om het hoofd boven water te houden. Of gaan ze uitkering in en uit. We horen graag van de wethouder hoe de ZZP-ers worden ondersteund? Hoe krijgen zij structuur en soort van vastigheid?
Hier sluit een vergelijkbare vraag op aan. In de beleidsrichtlijnen voor de beoordeling door de Adviescommissie worden onder de bedrijfsvoering veel eisen gesteld. Maar in hoeverre zijn deze eisen bij de kleinere instellingen en organisaties realistisch en haalbaar?
Ook is te lezen in het beleidsplan dat door de sector wordt ervaren dat fondsen voor meer bekende namen en grote producties gaan. Vernieuwing en kleine producties hebben daardoor moeite met financiering. Dit staat o.a. talentontwikkeling in de weg. De wethouder vraagt de adviescommissie om rekening te houden met de ontwikkeling dat externe financiering onder druk staat en dat de rijke ensemblecultuur behouden dient te blijven en kunnen blijven ontwikkelen. Maar hoe gaat de adviescommissie hiermee om? Hoe behouden we de kleinschalige initiatieven die bijdrage aan de rijke en diverse ensemblecultuur in onze stad?
In het nieuwe plan geeft het college een tal van boodschappen mee aan de instellingen: werf nieuw publiek, innoveer, vind nieuw geld, wees ondernemend, wees toegankelijk, luister naar de samenleving, maar bewaar je eigen profiel. Mijn fractie bespeurd hierbij toch meer het idee van gerichte entertainment in plaats van kunst. Want dat iets mislukt hoort ook bij kunst en cultuur en is vaak onderdeel van een ontdekking of experiment. Hoe zorgen we dat de culturele sector toch de vrijheden behoud om zelf de regie te houden en de culturele ontdekkingstocht zelf mag uitvoeren zonder dat wij als overheid daar op gaan sturen?
De vernieuwing. Deze initiatieven passen bij deze tijd of anticiperen op de toekomst. Maar hoe beoordeel je of een initiatief anticipeert op de toekomst? Welke richtlijnen of voorwaarden gelden als je als kunstenaar een aanvraag voor een investering doet voor vernieuwde kunst? In het plan van de wethouder is te lezen dat nieuwe ontwikkelingen zorgen voor andere genres en disciplines en hij drukt de adviescommissie op het hart deze beschrijvingen andersoortige aanvragers niet buiten te sluiten, maar hoe wordt dat dan concreet voorkomen?
Dan cultuur en de jeugd. De cultuurschakel is succesvol bezig met cultuuronderwijs in onze stad. In het primair onderwijs blijkt uit de cultuurscan er een forse toename is van cultuurbezoeken door scholen. Helaas is er voor het voortgezet onderwijs nog een wereld te winnen. Cultuurdeelname in deze levensfase is van belang voor de ontwikkeling van de jeugd. Daarom zou in dit beleidsplan ook de ambitie uitgesproken moeten worden om cultuurbezoeken uit te breiden naar het voortgezet onderwijs, door minimaal de huidige situatie voor klas 1 en 2 te continueren maar uit te breiden naar de hogere klassen.
Wij staan voor:
Interessant voor jou
Bijdrage Beantwoording schriftelijke vragen uitsluiting van het Groene Consortium
Lees verderBijdrage Madurodam
Lees verder