Wonen in een leefbare stad


Vijf­pun­tenplan

4 september 2022

Inleiding

Den Haag kampt met een wooncrisis. Het is een uitdaging om in een stad als Den Haag te bouwen voor alle bevolkingsgroepen en tegelijkertijd de leefbaarheid op peil te houden. Zo heeft het bouwen in het groen, het slopen van beeldbepalende gebouwen of een tekort aan voorzieningen een grote invloed op hoe leefbaar een wijk is. Veel gemeentelijke beleid heeft hier invloed op. Ook hebben gemeentelijke keuzes invloed op of Den Haag een stad is voor alle inwoners en of er dus ook genoeg sociale woningen komen. Dit initiatiefvoorstel draagt vijf specifieke maatregelen aan die bijdragen aan een leefbare en sociale stad.

Probleemstelling

Den Haag heeft nu rond de 555 duizend inwoners (Den Haag in cijfers). Het aantal inwoners is sinds 2018 met 20 duizend gestegen en het aantal woningen in die tijd met 11 duizend. De komende tijd is de verwachting dat de groei van de bevolking niet gaat afnemen. Voor een deel zal de groei in de regio in Den Haag moeten worden opgevangen. Tegelijkertijd is van belang om de leefbaarheid op peil te houden, want juist in dichtbevolkte gebieden staat de leefbaarheid extra onder druk.

De leefbaarheid kan worden gedefinieerd (definitie van de landelijke Leefbaarometer) als de mate waarin de omgeving aansluit bij de eisen en wensen die er door de mens aan worden gesteld. Ook in de leefbaarheidseffectrapportage dat door het Wijkberaad Bezuidenhout is ontwikkeld is dit begrip uitgewerkt in factoren als de kwaliteit van de openbare ruimte, mobiliteit, ruimtegebruik, veiligheid en voorzieningen.

In dichtbevolkte wijken waar bouwontwikkelingen plaatsvinden is het nog meer van belang dat er genoeg aandacht is voor het groen en voorzieningen. Mensen zijn gelukkiger met groen in hun omgeving en daarnaast draagt groen bij aan het tegengaan van zaken als hittestress en wateroverlast. Ook voelen mensen zich meer verbonden met hun wijk bij een fijne inrichting van de openbare ruimte en gebouwen die historie hebben. Naast aandacht hebben voor de leefbaarheid, is het van belang dat er genoeg woonruimte is voor alle inwoners. Het is daarom zorgelijk dat het aandeel sociale huurwoningen de afgelopen tijd is gedaald (zie grafiek 1).

Grafiek 1: Bevolkingsgroei en sociale huurwoningen (Den Haag in cijfers)

De hiervoor genoemde zaken (groen, voorzieningen, beeldbepalende gebouwen en sociale woningen) komen vaak terug in discussies in de raad. Zo zijn er veel voorbeelden te geven van plekken waar groene ruimte verdwijnt, beschermd stadsgezicht wordt aangetast en te weinig sociale woningen worden gebouwd. Hierbij kan gedacht worden aan de ontwikkelingen in Dreven. Hier wordt veel groene ruimte verhard, wordt een beschermd stadsgezicht opgeheven en het is de vraag of aan de norm van minstens 30% sociale huur wordt voldaan.

Ook spelen bij bouwplannen in het centrum zoals Bellevue, The Grace en SoZa dezelfde vragen met betrekking tot het aantal voorzieningen, het slopen van beeldbepalende gebouwen, het groen en de sociale norm. In verschillende projecten, bijvoorbeeld bij SoZa en Zuidwest hangen keuzes die het stadsbestuur maakt ook samen met het huidige parkeerbeleid waardoor onverharde groene ruimte wordt vervangen door parkeerplaatsen. Ook wordt daardoor eerder de afweging gemaakt om beeldbepalende gebouwen te slopen, zoals bij de Theresiakerk dreigt, aangezien niet aan de parkeernorm kan worden voldaan. In dit voorstel worden op deze belangrijke discussiepunten voorstellen gedaan voor verbeteringen.

Aanpak

Een leefbare stad is een stad waar groene ruimte en beeldbepalende gebouwen worden gekoesterd. Dit betekent dat verdichting niet overal kan. Tegelijkertijd moet waar verdichting plaatsvindt dit inclusief gebeuren. Niet alleen rijke mensen moeten in de stad kunnen wonen. Om de voorgaande redenen worden onderstaande punten voorgesteld:

1. Leefbaarheidseffectrapportage per 2023 invoeren

    Met een leefbaarheidseffectrapportage (LER) wordt inzichtelijk gemaakt hoe het met de leefbaarheid in een wijk staat en wat de effecten zijn van geplande nieuwbouw. Het wijkberaad Bezuidenhout heeft hier het initiatief toe genomen. Opeenvolgende coalitieakkoorden hebben vastgelegd dat de LER zou worden ingevoerd, maar tot nu toe is het slechts bij een pilot gebleven. Dit terwijl een LER zowel als participatietool als voor beleidsmakers een goed instrument kan zijn. Om vast te stellen hoe goed een wijk scoort op het gebied van leefbaarheid worden actuele cijfers gebruikt en gekoppeld aan de gemeentelijke beleidsuitgangspunten die in nota’s zijn vastgelegd. Er kan ook gebruik worden gemaakt van de vastgestelde referentienormen (zie RIS307513). Het is van belang dat deze analyse wordt gemaakt bij elk bouwplan.

    2. Groeneffecten van bouwplannen in kaart brengen

      Bij elk plan moet voor het waterschap een watertoets worden uitgevoerd. In deze watertoets, die vaak is weggestopt in een bestemmingsplan, wordt aangegeven hoeveel onverharde ruimte verdwijnt. Ook moet voor elk bouwplan indien bomen worden gekapt op termijn een kapvergunning worden aangevraagd. Het is van belang dat deze aspecten bij het bouwplan direct zichtbaar worden afgewogen, want als het bouwvlak en -volume zijn vastgesteld is er weinig mogelijkheid om erop te sturen.

      In de aangenomen motie ‘Informatie bomenkap vast onderdeel van ieder ruimtelijk plan’ (RIS311115) is verzocht de gevolgen voor het groen in kaart te brengen. Dit pakt het college op, maar nog steeds is vaak niet op een vroeg moment transparant wat de groene gevolgen zijn. Het is van belang dat expliciet op een vroeg moment wordt gekeken naar het behouden van het groen. Dit kan ertoe bijdragen dat de gemeente meer inzet op het behoud van groen in een verdichte stad. En dit is zeer wenselijk. Mensen met groen in hun directe omgeving voelen zich gelukkiger, zijn minder vaak ziek en hebben meer binding met hun buurt. Naast de waarde die planten en dieren voor zichzelf hebben, vervullen ze ook functies in het milieu. Zo voorkomen planten wateroverlast en erosie. Ze dempen daarnaast zomerse hitte door schaduw en verdamping.

      3. De parkeernorm aanpassen voor behoud van groen en beeldbepalende gebouwen

        De afgelopen collegeperiode heeft laten zien dat projecten moeilijk van de grond komen door de parkeernorm. Op verschillende manieren wordt dan door ontwikkelaars geprobeerd onder deze norm uit te komen en dit wordt soms toegestaan. Echter, er is geen generieke mogelijkheid om onder de parkeernorm uit te komen gegeven de beperkte ruimte op het kavel. Het is wenselijk om deze mogelijkheid te creëren indien het kavel te klein is. Op die manier kan voorkomen worden dat waardevol groen verloren gaat of kunnen voor de buurt beeldbepalende gebouwen worden behouden.

        4. De parkeernorm versoepelen bij veel sociale woningen

          Er zijn lange wachtlijsten voor sociale woningen en de afgelopen jaren hebben laten zien dat het percentage sociale woningen steeds is afgenomen. Een van de grote drempels om sociaal te bouwen is de benodigde parkeerruimte. Dit resulteert erin dat soms geen woningen worden gerealiseerd of een parkeerplek komt op de plek van een woning. Dit terwijl er genoeg mensen zijn die het prima zouden vinden in een woning te wonen zonder auto. Daarbij komt dat in het geval ontwikkelaars gehouden worden sociaal te bouwen dit slechts voor de norm van 30% gebeurt. Het is echter wenselijk om te stimuleren meer sociaal te bouwen. Daarom wordt voorgesteld om, indien meer sociale woningen worden gerealiseerd dan volgens de woonagenda wordt verplicht, afwijkingen van de parkeernorm toe te staan. Bij een groter aantal sociale woningen dan 30% mag dus worden afgeweken van de parkeernormen. Door voor deze woningen geen parkeervergunningen af te geven heeft deze maatregel geen gevolgen voor de openbare ruimte. Wel zal het ervoor zorgen dat mensen eerder een woning kunnen krijgen.

          5. Voorkom het ontduiken van de sociale norm van 30%

            In de woonagenda worden uitzonderingen toegestaan op de norm van 30% sociale huurwoningen per bouwproject indien er minder dan 80 woningen (voor eengezinswoningen: 30) worden gebouwd. Het is logisch dat voor hele kleine ontwikkelingen deze sociale norm niet geldt, maar 80 woningen zijn geen kleine ontwikkelingen. Deze regel zorgt ervoor dat juist in rijke wijken geen sociale woningen komen en zo wordt de segregatie bevorderd. Daarom wordt voorgesteld de norm te verlagen tot 20 woningen. Op deze manier worden echt kleine projecten ontzien, maar wordt ook gewoon in rijkere wijken in het centrum sociaal gebouwd.

            Financiën

            De vijf punten hebben vooral gevolgen voor bouwplannen en geen financiële gevolgen voor de gemeentebegroting.

            Ontwerp-raadsbesluit

            De gemeenteraad van de gemeente Den Haag, in vergadering bijeen d.d. …, gelezen het voorstel van Robert Barker, Partij voor de Dieren.

            Besluit:

            1. Om de Leefbaarheidseffectrapportage (LER) per 2023 in te voeren en het college te verzoeken dit te verankeren in de komende bouwplannen en in deze LER ook de referentienormen te verwerken.

            2. Vast te leggen dat expliciet bij elk ruimtelijk plan wordt gespecificeerd hoeveel bomen zullen worden gekapt en hoeveel onverharde ruimte verdwijnt en dit te motiveren en hierbij aan te geven welke alternatieven hiervoor zijn bekeken die resulteren in minder groenverlies.

            3. Aan de Nota parkeernormen het volgende artikel toe te voegen:

            Artikel 2:5 Vrijstelling vanwege beeldkwaliteit of groen
            Het college kan voor verbouwplannen en transformatieprojecten vrijstelling verlenen van (een deel van) de autoparkeereis, indien:
            a. er beperkte ruimte is op het bestaande kavel;
            b. en de vrijstelling in het belang is van de beeldkwaliteit, doordat zo een gebouw niet gesloopt wordt, of de vrijstelling in het belang is van de groene omgeving doordat door een lagere parkeereis het aantal vierkante meters groen gelijk blijft of wordt vergroot.
            1. Aan de Nota parkeernormen het volgende artikel toe te voegen:

            Artikel 2:6 Vrijstelling voor sociale woningen
            Het college kan voor nieuwbouwplannen, verbouwplannen en transformatieprojecten vrijstelling verlenen van de autoparkeereis indien van de netto toevoeging van woningen meer dan 30% sociaal is. In dat geval kan voor de sociale woningen die boven de 30% worden gerealiseerd de parkeereis overeenkomstig worden verlaagd.
            1. De Woonagenda 2020-2023 aan te passen door op pagina 21 de bestaande zinnen over de uitzondering op de sociale norm te vervangen door de volgende:

            Deze verplichting geldt vanaf 20 woningen (totale plan, met uitzondering van bestaande afspraken). Het is voor initiatiefnemers niet toegestaan plannen ‘op te knippen’ naar meerdere kleinere plannen van minder dan 20 woningen om zo onder de eisen uit te komen.

            Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van …

            De griffier,De voorzitter,



            Status

            Ingediend

            Voor

            Tegen