Raads­vragen Duurzame inkoop door de Gemeente Den Haag


Indiendatum: nov. 2011

De Vereniging van Nederlandse Gemeenten heeft zich in het in 2007 met het Rijk gesloten Klimaatakkoord gecommitteerd aan het streven om in 2010 75% van hun inkoop duurzaam te laten plaatsvinden. Vanaf 2015 is de ambitie 100% duurzame inkoop. De gemeente Den Haag heeft deze afspraken overgenomen in haar concerninkoopbeleid (RIS 160600).

Door duurzaam in te kopen geeft de gemeente het goede voorbeeld aan de Haagse bewoners en ondernemers en geeft zij de markt voor duurzame producten een krachtige impuls. Uit berekeningen blijkt dat de gezamenlijke overheden (Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen) jaarlijks meer dan 60 miljard euro uitgeven aan inkoop van goederen, werken en diensten. Bij duurzaam inkopen valt te denken aan duurzame dienstauto’s energiezuinige (openbare) verlichting en kantoorapparatuur.

Onder verwijzing naar artikel 38 van het reglement van orde stellen D66 en de Partij voor de Dieren de volgende vragen:

Uit de Monitor Duurzaam Inkopen 2010 in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Milieu blijkt dat de G4 in 2010 gemiddeld 88,8% duurzaam hebben ingekocht. Gegevens voor afzonderlijke gemeente zijn niet in het rapport opgenomen.

1. Is het gelukt om in 2010 voor 75% van de aankopen duurzaamheidcriteria zo zwaar mogelijk te laten meewegen (RIS 169127)? Zo ja, wat is de ambitie van het college voor dit jaar? Zo neen, waar lag dat aan en voor welk percentage is het dan wel gelukt?

2. Is het gelukt daarbij de duurzaamheidscriteria zo zwaar mogelijk te laten meewegen (RIS169127)? Zo ja, op welke wijze is dit gedaan en kan het college een voorbeeld noemen? Zo nee, waarom niet?

3. Verwacht het college de ambitie van 100% duurzame inkoop in 2015 te halen? Zo nee, waarom niet?

4. Welke knelpunten ervaart de gemeente op dit moment bij de duurzame inkoop?

5. Is het college bereidt haar duurzame inkoopbeleid te evalueren en zo ja, wanneer?

6. In de Monitor staat op pagina 31 bij de inkoop van kantoormeubilair het percentage van 0. Hoe verklaart het college dit? Is het college bereid een beleidsinspanning te leveren om dit percentage te verhogen? Zo ja, op welke wijze en termijn? Zo neen waarom niet?

7. Ook de uitbesteding van mobiele werktuigen kent een score van 0 (pagina 33). Deze categorie voertuigen zorgt juist voor relatief veel lokale luchtverontreiniging (o.a. uitstoot fijn stof). Hoe verklaart het college dit? Is het college bereid een beleidsinspanning te leveren om dit percentage te verhogen? Zo ja, op welke wijze en termijn? Zo neen waarom niet?

8. Kent het college het handboek ‘Buying green!’ voor groen aanbesteden en inkopen van de Europese Commissie en is het college bereid dit handboek als aanvullend hulpmiddel te hanteren binnen de gemeente? Zo neen, waarom niet?

De duurzame inkoop van papier door de G4 kent een score van 100% (pagina 64 van de Monitor Duurzaam Inkopen 2010). De pakken printerpapier die wij in het stadhuis aantroffen, zijn van het merk Fastprint Extra en hebben een FSC Mixed Sources-label. Dit label staat voor: “papier gemaakt van minimaal 70% pulp (hout) afkomstig uit FSC-gecertificeerde bossen. De overige pulp bestaat uit gerecycled materiaal en/of hout uit FSC-gecontroleerde bronnen” Het Forest Stewardship Council (FSC) stimuleert duurzaam beheer van bossen.

Het kan echter nog duurzamer, namelijk door papier in te kopen dat voor de volle 100% uit ingezameld oud papier worden gemaakt. Milieu Centraal meldt op haar website dat de productie van papier met behulp van kringlooppapier minder water kost dan het maken van papier uit nieuwe bomen. Bovendien beperkt het hergebruik van ingezameld oud papier de hoeveelheid afval. Op deze manier wordt de kringloop ècht gesloten. Tot slot is voor kringlooppapier geen schaarse landbouwgrond nodig voor de productie van bomen.

9. Hoeveel papier verbruiken de gemeentelijke diensten jaarlijks? Welk bedrag is gemoeid met de inkoop daarvan?

10. Waarom heeft het college gekozen voor papier met ‘slechts’ een FSC Mixed Sources-keurmerk en niet voor bijvoorbeeld een FSC-recycled-keurmerk of voor andere merken die voor 100% uit gerecycled papier bestaan?

11. Is het college bereid te onderzoeken welke voor- en nadelen aan het inkopen van duurzamer papier verbonden zijn en de Raad daarover te berichten?

Marieke de Groot Tobias Dander
PvdD D66

Indiendatum: nov. 2011
Antwoorddatum: 21 dec. 2011

De raadsleden mevrouw M. de Groot en de heer T. Dander hebben op 8 november 2011 een brief met daarin elf vragen aan de voorzitter van de gemeenteraad gericht. Overeenkomstig artikel 38 van het reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad, beantwoordt het college deze vragen als volgt.

De Vereniging van Nederlandse Gemeenten heeft zich in het in 2007 met het Rijk gesloten klimaatakkoord gecommitteerd aan het streven om in 2010 75% van hun inkoop duurzaam te laten plaatsvinden. Vanaf 2015 is de ambitie 100% duurzame inkoop. De gemeente Den Haag heeft deze afspraken overgenomen in haar concerninkoopbeleid (RIS 160600). Door duurzaam in te kopen geeft de gemeente het goede voorbeeld aan de Haagse bewoners en ondernemers en geeft zij de markt voor duurzame producten een krachtige impuls. Uit berekeningen blijkt dat de gezamenlijke overheden (Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen) jaarlijks meer dan 60 miljard euro uitgeven aan inkoop van goederen, werken en diensten. Bij duurzaam inkopen valt te denken aan duurzame dienstauto’s energiezuinige (openbare) verlichting en kantoorapparatuur.

Onder verwijzing naar artikel 38 van het reglement van orde stellen D66 en de Partij voor de Dieren de volgende vragen:

Uit de Monitor Duurzaam Inkopen 2010 in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Milieu1 blijkt dat de G4 in 2010 gemiddeld 88,8% duurzaam hebben ingekocht. Gegevens voor afzonderlijke gemeente zijn niet in het rapport opgenomen.

1. Is het gelukt om in 2010 voor 75% van de aankopen duurzaamheidcriteria zo zwaar mogelijk te laten meewegen (RIS 169127)? Zo ja, wat is de ambitie van het college voor dit jaar? Zo neen,
waar lag dat aan en voor welk percentage is het dan wel gelukt?

Den Haag heeft deelgenomen aan de Monitor Duurzaam Inkopen 2010. De monitor is vervaardigd door KPMG. De uitslag voor de gemeente Den Haag is opgenomen op www.denhaag.nl. Volgens de criteria van deze monitor heeft de gemeente Den Haag in 2010 bij 98% van de aanbestedingen met een bedrag groter dan 50.000 euro de duurzaamheidscriteria zo zwaar mogelijk laten meewegen. . De volgende monitor Duurzaam Inkopen wordt uitgebracht over het jaar 2012. De collegeambitie voor het komende jaar is er op gericht de borging van duurzaam inkopen in de
organisatie te versterken

2. Is het gelukt daarbij de duurzaamheidscriteria zo zwaar mogelijk te laten meewegen (RIS169127)? Zo ja, op welke wijze is dit gedaan en kan het college een voorbeeld noemen? Zo nee, waarom niet?

Ja. bij o.a. de aanbestedingen van kantoorartikelen en catering zijn de duurzaamheidscriteria van AgentschapNL als criterium meegenomen.

3. Verwacht het college de ambitie van 100% duurzame inkoop in 2015 te halen? Zo nee, waarom niet?

Volgens de monitor voldoet de gemeente in 2010 nagenoeg volledig aan de ambitie voor 2015. Zie het antwoord bij vraag 1.. Dit was mogelijk omdat in dat jaar nagenoeg alle aanbestedingen in de 45 categorieën vielen waarvoor AgentschapNL duurzaamheidscriteria heeft geformuleerd. Het college sluit bij duurzaam inkopen aan bij het beleid van de rijksoverheid. Dat beleid wordt momenteel herijkt in dialoog met de landelijke stakeholders.

4. Welke knelpunten ervaart de gemeente op dit moment bij de duurzame inkoop?

Het college ambieert een serieus en voor het Haagse bedrijfsleven en midden- en kleinbedrijf goed te volgen en te hanteren duurzaam inkoopbeleid te voeren. Dat vergt , naast de borging van de processen en instrumenten (zie antwoord bij vraag 1) en verankering in de Haagse regelingen, vooral een goede communicatie, zowel intern als naar buiten. Duurzaam inkopen in Den Haag loopt in de pas met landelijke richtlijnen en afspraken. Door het ministerie wordt momenteel in dialoog met het bedrijfsleven en andere private partijen duurzaam inkopen en innovatief inkopen doorontwikkeld. Den Haag volgt die ontwikkeling en past die toe.

5. Is het college bereidt haar duurzame inkoopbeleid te evalueren en zo ja, wanneer?

Ja. 2013 heeft de voorkeur. De bij vraag 4 genoemde punten kunnen dan op hun effectiviteit worden getoetst.

6. In de Monitor staat op pagina 31 bij de inkoop van kantoormeubilair het percentage van 0. Hoe verklaart het college dit? Is het college bereid een beleidsinspanning te leveren om dit percentage
te verhogen? Zo ja, op welke wijze en termijn? Zo neen waarom niet?

In 2010 is geen kantoormeubilair aanbesteed. De Monitor meet steeds alleen op basis van de in dat jaar uitgevoerde aanbestedingen. Kantoormeubilair is in 2007/2008 Europees aanbesteed en bij deze aanbesteding zijn alle op dat moment van toepassing verklaarde duurzaamheidscriteria meegenomen. Bij een nieuwe aanbesteding zullen de dan geldende duurzaamheidscriteria van AgentschapNL worden toegepast.

7. Ook de uitbesteding van mobiele werktuigen kent een score van 0 (pagina 33). Deze categorie voertuigen zorgt juist voor relatief veel lokale luchtverontreiniging (o.a. uitstoot fijn stof). Hoe
verklaart het college dit? Is het college bereid een beleidsinspanning te leveren om dit percentage te verhogen? Zo ja, op welke wijze en termijn? Zo neen waarom niet?

Ook voor deze categorie heeft in 2010 geen aanbesteding plaats gevonden. Dit verklaart het cijfer 0. Als de gemeente een nieuwe aanbesteding voor mobiele werktuigen doet, wordt het criteriadocument onverkort in de procedure toegepast. Duurzaamheid weegt daarbij zo zwaar mogelijk mee.

8. Kent het college het handboek2 ‘Buying green!’ voor groen aanbesteden en inkopen van de Europese Commissie en is het college bereid dit handboek als aanvullend hulpmiddel te hanteren
binnen de gemeente? Zo neen, waarom niet?

Ja. In G4-verband en samen met het ministerie van I&M wordt de bruikbaarheid van het handboek onderzocht om daarmee de professionalisering van de inkoopfunctie te vergroten. Vanaf 2012 start het professionaliseringstraject. De duurzame inkoop van papier door de G4 kent een score van 100% (pagina 64 van de Monitor Duurzaam Inkopen 2010). De pakken printerpapier die wij in het stadhuis aantroffen, zijn van het merk Fastprint Extra en hebben een FSC Mixed Sources-label. Dit label staat voor: “papier gemaakt van minimaal 70% pulp (hout) afkomstig uit FSC-gecertificeerde bossen. De overige pulp bestaat uit gerecycled materiaal en/of hout uit FSC-gecontroleerde bronnen”3 Het Forest Stewardship Council (FSC) stimuleert duurzaam beheer van bossen. Het kan echter nog duurzamer, namelijk door papier in te kopen dat voor de volle 100% uit ingezameld oud papier worden gemaakt. Milieu Centraal meldt op haar website dat de productie van papier met behulp van kringlooppapier minder water kost dan het maken van papier uit nieuwe bomen. Bovendien beperkt het hergebruik van ingezameld oud papier de hoeveelheid afval. Op deze manier wordt de kringloop ècht gesloten. Tot slot is voor kringlooppapier geen schaarse landbouwgrond nodig voor de productie van bomen.

9. Hoeveel papier verbruiken de gemeentelijke diensten jaarlijks? Welk bedrag is gemoeid met de inkoop daarvan?

In 2010 heeft de gemeente 411.629 pakken papier ingekocht voor een bedrag van € 377.780,95.

10. Waarom heeft het college gekozen voor papier met ‘slechts’ een FSC Mixed Sources-keurmerk en niet voor bijvoorbeeld een FSC-recycled-keurmerk of voor andere merken6 die voor 100% uit
gerecycled papier bestaan?

Het papier moet voldoen aan het FSC-certificaat zoals besloten door het College van B&W in 2007 (RIS147792). Daarnaast moet het papier dat de gemeente gebruikt ook voldoen aan de NEN 2728. Dit is voorgeschreven in de Regeling duurzaamheid archiefbescheiden die in 2001 van kracht is geworden (Staatscourant 18 september 2001). Gerecycled papier kan niet aan beide eisen voldoen omdat de oorsprong van de gebruikte pulp (houtvezels) bij gerecycled papier niet te herleiden is. Fastprint voldoet wel aan beide kenmerken

11. Is het college bereid te onderzoeken welke voor- en nadelen aan het inkopen van duurzamer papier verbonden zijn en de Raad daarover te berichten?

Dit is geen optie. Zie de beantwoording vraag 10.

Het college van burgemeester en wethouders,

de secretaris, de burgemeester,
mw. A.W.H. Bertram J.J. van Aartsen

Interessant voor jou

Raadsvragen over de meervleermuis

Lees verder

Raadsvragen ontwikkeling van een park in het Zeeheldenkwartier

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer