Raads­vragen finan­ciële nood Haags Dieren­centrum


Indiendatum: mrt. 2012

Gemeenteraadsfractie Den Haag

Den Haag, 22 maart 2012,

Aan de voorzitter van de gemeenteraad,
Naar aanleiding van het bericht op Westonline d.d. 21 maart 2012 “Zonder hulp gemeente geen Haags Dierencentrum” stelt ondergetekende - onder verwijzing naar artikel 38 van het Reglement van Orde - de volgende vragen:

1. Bent u bekend met het bericht "Zonder hulp gemeente geen Haags Dierencentrum"?
2. Is het college ervan op de hoogte dat de Haagse dierenopvang in financiële nood verkeerd? Zo ja sinds wanneer is het college daarvan op de hoogte en welke actie heeft het college daarop ondernomen? Zo nee, hoe is het mogelijk dat een college met een wethouder Dierenwelzijn daarvan niet op de hoogte is?

De gemeente heeft de wettelijke plicht zwerfdieren twee weken in bewaring te nemen en te verzorgen. Op grond van het Honden en Kattenbesluit 1999 dient een hond of kat binnen een bedrijfsinrichting of een asiel binnen vijf dagen te zijn voorzien van de nodige entingen en een chip. Deze verplichting valt binnen de bewaringstermijn van de gemeente. De kosten daarvoor komen dientengevolge ook wettelijk voor rekening van de gemeente. De gemeente heeft de wettelijke plicht om de eerste twee weken van het in bewaring nemen van zwerfdieren volledig te voldoen. Volgens onze informatie betaalt de gemeente de wettelijke twee weken weliswaar, maar niet voor de volle 100%. Door de budgetbeperking wordt voor 2011 ongeveer 90% van de kostprijs betaald.

3. Kan het college aangeven of zij ook alle gemaakte medische verzorging betaald van zwerfdieren gedurende de bewaringstermijn? Zo ja, kan het college aangeven waaruit dat blijkt? Zo nee, waarom niet en is het college bereid dat alsnog te doen?
4. Klopt het dat de gemeente niet het bedrag uit de oorspronkelijke offerte voor 2011 van het Haags Dierencentrum heeft vergoed? Kan het college toelichten waarom niet het gehele bedrag is betaald en om welke bedragen het gaat?
5. Klopt het dat dit college heeft bezuinigd op deze taakstelling waardoor nu slechts ongeveer 90% van de kostprijs wordt betaald? Zo ja, kan het college aangeven of zij het juridisch juist acht, wanneer een gemeente op de wettelijke plicht zwerfdieren twee weken in bewaring te nemen en te verzorgen ongeveer 10% bezuinigd? Is het college bereid alsnog 100% te voldoen aan de wettelijke plicht? Zo ja, bent u bereid gezien de nood waarin het dierencentrum verkeerd daaraan een zekere spoed te verbinden?


Met vriendelijke groet,

Marieke de Groot
Fractievoorzitter Partij voor de Dieren
Gemeente Den Haag

Indiendatum: mrt. 2012
Antwoorddatum: 18 apr. 2012

RIS 247717
Regnr. DSB/2012.235 Den Haag, 17 april 2012
Inzake: Financiële nood Haags Dierencentrum
De gemeenteraad
Het raadslid mevrouw M.J.E. de Groot heeft op 22 maart 2012 een brief met daarin vijf vragen aan de voorzitter van de gemeenteraad gericht. Overeenkomstig artikel 38 van het reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad, beantwoordt het college deze vragen als volgt.

1. Bent u bekend met het bericht "Zonder hulp gemeente geen Haags Dierencentrum"?
Ja.

2. Is het college ervan op de hoogte dat de Haagse dierenopvang in financiële nood verkeerd? Zo ja sinds wanneer is het college daarvan op de hoogte en welke actie heeft het college daarop
ondernomen? Zo nee, hoe is het mogelijk dat een college met een wethouder Dierenwelzijn daarvan niet op de hoogte is?

In januari 2012 hebben de Dierenbescherming afdeling Den Haag en het Haags Dierencentrum (HDC) gezamenlijk bij de gemeente gemeld dat voor 2012 financiële problemen voor het Haags
Dierencentrum te verwachten zijn. Begin april heeft de gemeente contact gehad met de Dierenbescherming afdeling Den Haag, de contractpartner van de gemeente voor de uitvoering van de
gemeentelijke taak ‘Opvang honden en katten’. De Dierenbescherming afdeling Den Haag heeft daarbij laten weten op de hoogte te zijn van de actuele financiële positie van het Haags Dierencentrum en zich ervan bewust te zijn dat de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van dit contract bij haar ligt. Vanuit de gemeente wordt over de ontwikkelingen rondom het Haags Dierencentrum contact onderhouden met Dierenbescherming afdeling Den Haag en het Haags Dierencentrum.

De gemeente heeft de wettelijke plicht zwerfdieren twee weken in bewaring te nemen en te verzorgen. Op grond van het Honden en Kattenbesluit 1999 dient een hond of kat binnen een bedrijfsinrichting of een asiel binnen vijf dagen te zijn voorzien van de nodige entingen en een chip. Deze verplichting valt binnen de bewaringstermijn van de gemeente. De kosten daarvoor komen dientengevolge ook wettelijk voor rekening van de gemeente. De gemeente heeft de wettelijke plicht om de eerste twee weken van het in bewaring nemen van zwerfdieren volledig te voldoen. Volgens onze informatie betaalt de gemeente de wettelijke twee weken weliswaar, maar niet voor de volle 100%. Door de budgetbeperking wordt voor 2011 ongeveer 90% van de kostprijs betaald.
3. Kan het college aangeven of zij ook alle gemaakte medische verzorging betaalt van zwerfdieren gedurende de bewaringstermijn? Zo ja, kan het college aangeven waaruit dat blijkt? Zo nee,
waarom niet en is het college bereid dat alsnog te doen?

De omschrijving van deze taak is opgenomen in de overeenkomst tussen de Dierenbescherming afdeling Den Haag en de gemeente Den Haag over de uitvoering van de taak ‘Opvang honden en
katten’.

4. Klopt het dat de gemeente niet het bedrag uit de oorspronkelijke offerte voor 2011 van het Haags Dierencentrum heeft vergoed? Kan het college toelichten waarom niet het gehele bedrag is
betaald en om welke bedragen het gaat?

De inschrijvingen bij de aanbesteding van de uitvoering van de wettelijke taken dierenwelzijn overschreden het beschikbare budget. Op basis daarvan zijn afzonderlijke gesprekken gevoerd met de
Dierenbescherming afdeling Den Haag en de Dierenambulance Den Haag e.o. Voor de taak ‘Opvang honden en katten’ is door de Dierenbescherming afdeling Den Haag in eerste instantie geoffreerd voor € 462.902,50. De overeengekomen prijs bedraagt € 371.471. Zoals u wellicht bekend heeft de gemeente door de financiële situatie bezuinigingen moeten
doorvoeren. Dat geldt ook voor het totale gemeentelijke budget op het gebied van dierenwelzijn.
Leidend voor de organisatie en financiering van het Haagse dierenwelzijnsbeleid zijn de gemeentelijke kaders, waarbij onder andere op basis van normprijsberekeningen en kwaliteitscriteria wordt gewerkt. Wanneer instanties bij de aanbesteding een (hoger) tarief hanteren dan de normprijs, kan dat resulteren in een overschrijding van de beschikbare budgetten. In de aanbesteding is door de gemeente en dierenwelzijnorganisaties een prijs voor de uitvoering van de gemeentelijke dierenwelzijnstaken overeengekomen. Uitgangpunt daarbij is het door de raad vastgestelde budget voor dierenwelzijn in de meerjarenbegroting, bestemd voor de uitvoering van de wettelijke taken. De gemeente voldoet daarmee aan haar taak om een gevonden dier minimaal twee weken op te vangen en te bewaren.

5. Klopt het dat dit college heeft bezuinigd op deze taakstelling waardoor nu slechts ongeveer 90% van de kostprijs wordt betaald? Zo ja, kan het college aangeven of zij het juridisch juist acht,
wanneer een gemeente op de wettelijke plicht zwerfdieren twee weken in bewaring te nemen en te verzorgen ongeveer 10% bezuinigd? Is het college bereid alsnog 100% te voldoen aan de
wettelijke plicht? Zo ja, bent u bereid gezien de nood waarin het dierencentrum verkeerd daaraan een zekere spoed te verbinden?

Zie de beantwoording van vraag 4.

Het college van burgemeester en wethouders,
de secretaris, de burgemeester,
mw. A.W.H. Bertram J.J. van Aartsen

Interessant voor jou

Technische vragen over plannen voor Scheveningen-Haven

Lees verder

Raadsvragen LED-schermen op de Pier

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer