Schriftelijke vragen - Haags Hitteplan en inzet sociale wijkteams
Indiendatum: jul. 2015
Aan de voorzitter van de gemeenteraad,
Onder verwijzing naar artikel 30 van het Reglement van Orde stellen ondergetekenden de volgende vragen:
1. Is het college bekend met het bericht in de Volkskrant “Nationaal Hitteplan vanaf dinsdag van kracht”?[1]
Het plan wordt in werking gesteld zodra ten minste vier achtereenvolgende dagen een maximumtemperatuur boven de 27 graden wordt verwacht. Dat is deze week het geval. Volgens weerkundigen kan het zaterdag zelfs 35 graden worden. Het gaat om een nationaal plan met adviezen om oververhitting tegen te gaan. Voornamelijk (zelfstandig wonende) ouderen, kinderen en zieken zijn kwetsbaar voor de gevolgen van een hittegolf. Gezien de vele hitte-eilanden[2] in Den Haag lijken specifieke maatregelen voor deze kwetsbare bewoners onontbeerlijk. Want op een hete dag kan het in delen van de stad tot wel acht graden warmer worden dan op het platteland.
2. Gezien de vele hitte-eilanden in Den Haag, is het college zich bewust van het extra grote risico voor bovengenoemde bewoners bij heet weer? Is er gezien de specifieke omstandigheden in Den Haag een Haagse invulling van het Nationaal Hitteplan, waarbij naast de tips van het RIVM, extra maatregelen worden getroffen. Zo nee, is het college bereid om een Haags Hitteplan op te stellen?
In de zomer van 2003 kwamen in Parijs door een extreme hitte vijftienduizend zelfstandig wonende ouderen om. In Nederland wonen ouderen door de veranderingen in het zorgstelsel steeds vaker en langer zelfstandig. Een dergelijke ramp zoals in Parijs, zou in Nederland ook kunnen gebeuren, als tijdens hittegolven bijvoorbeeld vrijwilligers niet dagelijks of enkele keren per week langs de deur van kwetsbare ouderen gaan, zoals in het Amerikaanse Philadelphia al gebeurt.
3. Is er in Den Haag al een plan van kracht dat zich richt op deze specifieke groep? Zo nee, is het college dan bereid om op zeer korte termijn samen met sociale wijkteams een actieplan op te stellen, waarbij sociale wijkteams of andere vrijwilligers langs de deuren van zelfstandige ouderen gaan, om actief te helpen bij het voorkomen van uitdroging, verbranding en uitputting.
Deskundigen noemen het terugdringen van versteend oppervlak en het creëren van extra groen als doeltreffende oplossing tegen de stijgende temperatuur in een stedelijke omgeving. Het college en de raad hebben hier op verschillende wijze aandacht aan besteed. (Uitvoeringsprogramma Klimaatbestendige Stad uit 2012 (RIS 252427), motie Klimaatbestendige Openbare Ruimte (RIS 258850) en motie Ontwikkel Beleid Vergroening Versteende Wijken (RIS 278566) Er is echter nog geen speciale aandacht voor extra groen op gevoelige bestemmingen, zoals verzorgingstehuizen, ziekenhuizen, scholen en kinderopvang. Terwijl hier de risico’s van heet weer letterlijk levensgevaarlijk kunnen zijn.
4. Is het college bereid het belang van groen op deze locaties onder de aandacht te brengen van de gebruikers en grondeigenaren. En is het college bereid daar waar het onder de verantwoordelijkheid van de gemeente valt, op deze locaties extra groen aan te leggen? Kan het college daarnaast in het aankomende Groen Beleidsplan 2015 een plan van aanpak opstellen om extra groen op gevoelige bestemmingen aan te leggen?
5. Is het college bereid om, gelet op het belang om in Den Haag hittestress te voorkomen en een waterrobuuste inrichting te bevorderen, in vervolg op de deltabeslissing Ruimtelijke Adaptatie van het Deltaprogramma aan het eind van deze collegeperiode klimaatbestendig handelen en waterrobuust inrichten integraal onderdeel te laten zijn van al het relevante beleid en uitvoering van beleid? Kan hieraan al invulling worden gegeven in nota's en plannen die in de tweede helft van dit jaar naar de Raad worden gestuurd, zoals het al genoemde Groen Beleidsplan 2015 en de 'Verdichtingsnota' (Agenda Ruimte voor de Stad)?
Met vriendelijke groet,
Christine Teunissen Pieter Grinwis Gerwin van Vulpen
Partij voor de Dieren ChristenUnie/SGP Haagse Stadspartij
Den Haag Den Haag
Mustafa Okcuoglu
Groep Okcuoglu
[1] http://www.volkskrant.nl/binnenland/nationaal-hitteplan-vanaf-dinsdag-van-kracht~a4090703/
[2] http://www.nrc.nl/handelsblad/van/2015/juni/05/elke-stad-heeft-zo-zijn-hitte-eilanden-1504254
Indiendatum:
jul. 2015
Antwoorddatum: 30 okt. 2015
De gemeenteraad
De raadsleden mevrouw Teunissen en de heren Grinwis, Van Vulpen en Okcuoglu hebben op 30 juni
2015 een brief met daarin vijf vragen aan de voorzitter van de gemeenteraad gericht.
Overeenkomstig artikel 30 van het reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden
van de raad, beantwoordt het college deze vragen als volgt.
1. Is het college bekend met het bericht in de Volkskrant “Nationaal Hitteplan vanaf dinsdag van
kracht”? [1] Het plan wordt in werking gesteld zodra ten minste vier achtereenvolgende dagen een
maximumtemperatuur boven de 27 graden wordt verwacht. Dat is deze week het geval. Volgens
weerkundigen kan het zaterdag zelfs 35 graden worden. Het gaat om een nationaal plan met
adviezen om oververhitting tegen te gaan. Voornamelijk (zelfstandig wonende) ouderen, kinderen
en zieken zijn kwetsbaar voor de gevolgen van een hittegolf. Gezien de vele hitte-eilanden [2] in Den
Haag lijken specifieke maatregelen voor deze kwetsbare bewoners onontbeerlijk. Want op een
hete dag kan het in delen van de stad tot wel acht graden warmer worden dan op het platteland.
Ja, het college is bekend met de berichtgeving en met het gegeven dat in de gemeente Den Haag op
een aantal plekken in de stad het hitte-eiland effect groot is.
2. Gezien de vele hitte-eilanden in Den Haag, is het college zich bewust van het extra grote risico
voor bovengenoemde bewoners bij heet weer? Is er gezien de specifieke omstandigheden in Den
Haag een Haagse invulling van het Nationaal Hitteplan, waarbij naast de tips van het RIVM,
extra maatregelen worden getroffen. Zo nee, is het college bereid om een Haags Hitteplan op te
stellen?
Ja, het college is op de hoogte van de risico’s voor bewoners bij hitte. Het Nationaal Hitteplan is door
de GGD geïmplementeerd in een regionaal hitteplan. Vanuit het regionaal hitteplan worden de diverse
organisaties en instellingen in de aanloop van de zomer geïnformeerd door de GGD over wat te doen
bij warm zomerweer. Deze informatie wordt onder andere gestuurd aan huisartsen, scholen,
zorginstellingen (o.a. verpleeghuizen, verzorgingshuizen), zorgverleners, kinderdagverblijven en
recreatieve instellingen. Als er een periode van aanhoudende hitte wordt verwacht (nationaal hitteplan
actief), wordt er extra informatie naar deze organisaties gestuurd.
Er worden nieuwsberichten op website, muurkranten en taxibusschermen geplaatst en twitterberichten
verstuurd om iedereen zo goed mogelijk te informeren over wat te doen bij hitte.
Er wordt bovendien nader onderzoek voorbereid naar de risicogebieden voor hitte, zodat de
problematiek beter in kaart wordt gebracht.
In de zomer van 2003 kwamen in Parijs door een extreme hitte vijftienduizend zelfstandig
wonende ouderen om. In Nederland wonen ouderen door de veranderingen in het zorgstelsel
steeds vaker en langer zelfstandig. Een dergelijke ramp zoals in Parijs, zou in Nederland ook
kunnen gebeuren, als tijdens hittegolven bijvoorbeeld vrijwilligers niet dagelijks of enkele keren
per week langs de deur van kwetsbare ouderen gaan, zoals in het Amerikaanse Philadelphia al
gebeurt.
3. Is er in Den Haag al een plan van kracht dat zich richt op deze specifieke groep? Zo nee, is het
college dan bereid om op zeer korte termijn samen met sociale wijkteams een actieplan op te
stellen, waarbij sociale wijkteams of andere vrijwilligers langs de deuren van zelfstandige
ouderen gaan, om actief te helpen bij het voorkomen van uitdroging, verbranding en uitputting.
In het regionaal hitteplan wordt het belang van maatregelen voor kwetsbare groepen extra benadrukt.
De GGD wijst instellingen op het updaten en uitvoeren van een intern hitteplan.
Een actieplan met een rol voor sociale wijkzorgteams lijkt niet het meest voor de hand liggend, omdat
de doelgroep van de sociale wijkzorgteams en van het hitteplan niet één op één met elkaar overeen
komen. Om de gehele doelgroep van het hitteplan optimaal te bereiken zijn in het hitteplan diverse
maatregelen opgenomen zoals hierboven beschreven.
Deskundigen noemen het terugdringen van versteend oppervlak en het creëren van extra groen
als doeltreffende oplossing tegen de stijgende temperatuur in een stedelijke omgeving. Het
college en de raad hebben hier op verschillende wijze aandacht aan besteed.
(Uitvoeringsprogramma Klimaatbestendige Stad uit 2012 (RIS 252427), motie Klimaatbestendige
Openbare Ruimte (RIS 258850) en motie Ontwikkel Beleid Vergroening Versteende Wijken (RIS
278566) Er is echter nog geen speciale aandacht voor extra groen op gevoelige bestemmingen,
zoals verzorgingstehuizen, ziekenhuizen, scholen en kinderopvang. Terwijl hier de risico’s van
heet weer letterlijk levensgevaarlijk kunnen zijn.
4. Is het college bereid het belang van groen op deze locaties onder de aandacht te brengen van de
gebruikers en grondeigenaren. En is het college bereid daar waar het onder de
verantwoordelijkheid van de gemeente valt, op deze locaties extra groen aan te leggen? Kan het
college daarnaast in het aankomende Groen Beleidsplan 2015 een plan van aanpak opstellen om
extra groen op gevoelige bestemmingen aan te leggen?
Verbetering van de buitenruimte is een belangrijke ambitie van dit college. Het streven naar
vergroening maakt hiervan onderdeel uit. Dit geldt voor de gehele stad, maar zeker voor buurten die
nu (relatief) versteend zijn. Groen heeft immers een positief effect op de leefkwaliteit. Natuurlijk
moeten ook andere belangrijke functies worden ingepast in beperkte ruimte. Daarom is vergroening
zeker niet uitsluitend een onderwerp voor het Groenbeleidsplan, noch alleen van de gemeente. De
gewenste vergroening zal bereikt kunnen worden via een gecombineerde inzet van groen in de
openbare ruimte, groen op particulier terrein en groen in of op gebouwen.
De inzet van deze verschillende middelen vergt een aanpak die niet louter het groenbeleid aangaat.
Een eerste verkenning voor vergroening wordt gemaakt met de beantwoording van de motie
Ontwikkel Beleid Vergroening versteende wijken. Zoals in de beantwoording onder vraag 5 wordt
aangegeven is er een samenloop van meerdere beleidsvelden, onder meer met de Agenda Ruimte voor
de Stad, handboek openbare ruimte en het Volksgezondheidsbeleid.
Het college is bereid het belang van groen onder de aandacht te brengen bij gebruikers en
grondeigenaren. Dit gebeurt onder andere door te participeren in de Operatie Steenbreek.
5. Is het college bereid om, gelet op het belang om in Den Haag hittestress te voorkomen en een
waterrobuuste inrichting te bevorderen, in vervolg op de deltabeslissing Ruimtelijke Adaptatie van
het Deltaprogramma aan het eind van deze collegeperiode klimaatbestendig handelen en
waterrobuust inrichten integraal onderdeel te laten zijn van al het relevante beleid en uitvoering
van beleid? Kan hieraan al invulling worden gegeven in nota's en plannen die in de tweede helft
van dit jaar naar de Raad worden gestuurd, zoal het al genoemde Groen Beleidsplan 2015 en de
'Verdichtingsnota' (Agenda Ruimte voor de Stad)?
Het college heeft in lijn met de Deltabeslissing Ruimtelijke Adaptatie de ambitie om uiterlijk in 2020
klimaatbestendigheid te hebben verankerd in het denken en doen binnen de eigen organisatie.
Daarvoor zijn al acties in gang gezet. Zo is begin 2015 de visie Toekomstbestendig Haags water
vastgesteld (RIS28008) en is in 2014 in samenwerking met de buurgemeenten, Stadsgewest
Haaglanden, waterschappen, provincie en kennisinstellingen de Regionale klimaatadaptatie strategie
Haaglanden (RAS) opgesteld. Als uitwerking van Den Haag Duurzaam agenda 2015-2020 heeft het
college op 7 juli 2015 het Actieprogramma Klimaatbestendige stad 2015/2016 (RIS283893)
vastgesteld. Daarin is aangegeven welke activiteiten ondernomen worden om klimaatbestendigheid
beter te verankeren in de verschillende beleidsvelden. Het gaat daarbij om onder meer de Agenda
Ruimte voor de Stad, het nieuwe gemeentelijk rioleringsplan (GRP) en het nieuwe Groen Beleidsplan.
Het college van burgemeester en wethouders,
de secretaris, de burgemeester,
mw. A.W.H. Bertram J.J. van Aartsen
[1] http://www.volkskrant.nl/binnenland/nationaal-hitteplan-vanaf-dinsdag-van-kracht~a4090703/
[2] http://www.nrc.nl/handelsblad/van/2015/juni/05/elke-stad-heeft-zo-zijn-hitte-eilanden-1504254
Interessant voor jou
Aanvullende schriftelijke vragen - Naamsverandering Station Laan van Nieuw Oost-Indië
Lees verderSchriftelijke vragen - Hitte-eilanden en geveltuintjes
Lees verder