Schrif­te­lijke vragen Laat padden en kikkers niet in de put zitten


Indiendatum: 4 mrt. 2024

Aan de voorzitter van de gemeenteraad,

Ieder jaar trekken amfibieën van februari tot april vanaf hun winterverblijf naar het water om zich voort te planten. Velen worden tijdens deze trek slachtoffer van het verkeer of vinden de dood in een straatput (ook wel kolken genoemd). Onder andere door deze oorzaken is de Nederlandse populatie van de gewone pad bij ruim 100 overzetacties sinds 2008 met meer dan 50% afgenomen [1]. De dierenbescherming, Ravon en KNNV Delfland redden samen met vele vrijwilligers de padden wegen oversteken en padden uit de straatputten te halen. Helaas wordt dit werk soms bemoeilijkt door bijvoorbeeld verkeersonveiligheid.

Overeenkomstig art. 30 van het Reglement van orde stelt het raadslid Robin Smit, Partij voor de Dieren, de volgende vragen:


  1. Is het college het met de Partij voor de Dieren eens dat we amfibieën en padden zoveel mogelijk moeten helpen veilig de jaarlijkse paddentrek door te komen voor het voortbestaan van deze soorten?

  2. De gemeente Den Haag werkt al jaren samen met vrijwilligers van de Dierenbescherming, het Ravon en KNNV Delfland (Leidschenveen-Ypenburg) om de paddentrek in Den Haag te faciliteren. kan het college toelichten wat er wordt bedoeld met faciliteren (uit de brief RIS 316018) , welke acties zijn hieraan verbonden?

  3. Heeft het college (door samenwerking met deskundigen) inzichtelijk wat de meest kwetsbare locaties zijn voor amfibieën om over te steken, dus waar waar de dieren obstakels vinden zoals wegen en straatputten? Zo ja, kan het college hier een overzicht van delen? Zo nee, waarom heeft het college hier geen zicht op?

  4. Is de informatie over deze locaties centraal te raadplegen? Zo ja, waar? Zo nee, waarom niet?

  5. Welke acties heeft het college ondernomen om in Den Haag deze kwetsbare routes veiliger te maken voor amfibieën?


We hebben signalen gekregen dat het op een aantal plekken in Den Haag vanwege verkeersomstandigheden het voor vrijwilligers moeilijk is om padden over te zetten. Bijvoorbeeld langs de Ver-Huëllweg op Scheveningen, hier rijdt het verkeer hard.

  1. Heeft het college inzichtelijk waar dit soort knelpunten zich voordoen in Den Haag?

  2. Is het college in gesprek met betrokken organisaties over de paddentrek 2024 en de door hen gesignaleerde (verkeers)knelpunten?

  3. Welke acties verbindt het college aan de door hen genoemde knelpunten? Zijn er bijvoorbeeld mogelijkheden om amfibieëntunnels of andere hulpmiddelen te installeren?

  4. Er vinden geregeld (weg)werkzaamheden in de openbare ruimte plaats in Den Haag. Op welke wijze houdt het college daarbij rekening met de jaarlijkse paddentrek? Wat doet het college actief om nieuwe knelpunten te voorkomen?


Elk jaar sterven ook tienduizenden amfibieën in straatputten omdat zij niet uit het riool kunnen klimmen. In 2021 is samen met experts van het RAVON en de Dierenbescherming een trappetje ontwikkeld dat het de padden mogelijk maakt om weer zelfstandig uit een put te kunnen klimmen. Na proeven in 2022 is de trap door de experts goed bevonden en geplaatst in circa 800 straatputten.


  1. Het nieuw ontwikkelde trappetje is niet geschikt voor elke straatput, daarom zijn er in 2023 proeven gedaan met een aangepaste trap voor dit type straatput. Het college gaf aan deze proef afgerond te willen hebben voor de paddentrek 2024. Kan het college hier een stand van zaken over delen?

  2. Monitort het college ook de effecten van de circa 800 geplaatste trappetjes in Haagse straatputten? Zo ja, wat zijn de gevolgen van het plaatsen van de trappetjes? Zo nee, waarom niet?

  3. Op welke wijze betrekt het college betrokken organisaties bij de evaluatie van de trappetjes?

  4. Wanneer kan de raad een evaluatie verwachten over de effecten van de genomen maatregelen om amfibieën de paddentrek te laten overleven?

  5. Is het college bereidt om met de organisaties zich open te stellen voor pilots met andere hulpmiddelen om te kijken of de dieren nog beter uit de put geholpen kunnen worden? Zo nee, waarom niet?







Robin Smit

Partij voor de Die


Indiendatum: 4 mrt. 2024
Antwoorddatum: 16 apr. 2024

Het raadslid de heer Smit heeft op 4 maart 2024 een brief met daarin veertien vragen aan de voorzitter van de gemeenteraad gericht. Overeenkomstig artikel 30 van het reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad, beantwoordt het college deze vragen als volgt.

Ieder jaar trekken amfibieën van februari tot april vanaf hun winterverblijf naar het water om zich voort te planten. Velen worden tijdens deze trek slachtoffer van het verkeer of vinden de dood in een straatput (ook wel kolken genoemd). Onder andere door deze oorzaken is de Nederlandse populatie van de gewone pad bij ruim 100 overzetacties sinds 2008 met meer dan 50% afgenomen [1]. De Dierenbescherming, Ravon en KNNV Delfland helpen samen met vele vrijwilligers de padden wegen over te steken en padden uit de straatputten te halen. Helaas wordt dit werk soms bemoeilijkt door bijvoorbeeld verkeersonveiligheid.

1. Is het college het met de Partij voor de Dieren eens dat we amfibieën en padden zoveel mogelijk moeten helpen veilig de jaarlijkse paddentrek door te komen voor het voortbestaan van deze soorten?

Het college vindt dat, binnen de grenzen van de redelijkheid, het vanuit het oogpunt van dierenwelzijn wenselijk is om de jaarlijkse paddentrek voor de dieren veilig te laten verlopen. Het is echter allerminst zeker dat de jaarlijkse verkeersslachtoffers een belangrijke factor vormt in de achteruitgang van amfibieën in het algemeen en dat van de gewone pad in het bijzonder. De afname in aantallen amfibieën is namelijk een wereldwijd fenomeen en de afname van het aantal gewone padden in Nederland is vergelijkbaar met de afname in Zwitserland en Zweden. Dit zijn landen met heel andere verkeerssituaties. Factoren zoals een veranderend klimaat, wat leidt tot verstoring van rust- en migratiepatronen, het opdrogen en zuurstofarm worden van voortplantingswateren, het gebruik van gifstoffen in de landbouw en veeteelt, het gebruik van bestrijdingsmiddelen tegen vlooien en teken bij gezelschapsdieren en diverse amfibieënziektes spelen naar verwachting ook een grote rol.

2. De gemeente Den Haag werkt al jaren samen met vrijwilligers van de Dierenbescherming, het Ravon en KNNV Delfland (Leidschenveen-Ypenburg) om de paddentrek in Den Haag te faciliteren. Kan het college toelichten wat er wordt bedoeld met faciliteren (uit de brief RIS316018), welke acties zijn hieraan verbonden?

Met faciliteren wordt bedoeld dat de gemeente, op door de dierenbescherming aangewezen plekken, tijdelijk roosters voor kolken aanbrengt om hiermee te voorkomen dat dieren in kolken vallen en andere kolken worden voorzien van trapjes zodat de dieren de kolken weer kunnen verlaten. Tevens worden vrijwilligers in de gelegenheid gesteld om, op locaties die zij van belang vinden, padden de weg over te zetten. De gemeente attendeert weggebruikers ter hoogte van deze oversteeklocaties op overstekende amfibieën door hier tijdelijk verkeersborden te plaatsen. In 2024 gaat het om 55 verkeersborden.

3. Heeft het college (door samenwerking met deskundigen) inzichtelijk wat de meest kwetsbare locaties zijn voor amfibieën om over te steken, dus waar de dieren obstakels vinden zoals wegen en straatputten? Zo ja, kan het college hier een overzicht van delen? Zo nee, waarom heeft het college hier geen zicht op?

Het college gaat ervan uit dat met de 55 locaties, die in overleg met dierenbescherming zijn bepaald, de meest belangrijke oversteeklocaties in beeld zijn. Op deze locaties worden verkeersborden geplaatst. Het college heeft binnen de locaties geen zicht op de kwetsbaarheid per locatie. In Q2 worden de locaties waar de gemeente jaarlijks borden plaatst via kaartendenhaag.nl ontsloten.

4. Is de informatie over deze locaties centraal te raadplegen? Zo ja, waar? Zo nee, waarom niet?

Zie het antwoord op vraag 3.

5. Welke acties heeft het college ondernomen om in Den Haag deze kwetsbare routes veiliger te maken voor amfibieën?

Zie hiervoor het antwoord op vraag 2. We hebben signalen gekregen dat het op een aantal plekken in Den Haag vanwege verkeersomstandigheden voor vrijwilligers moeilijk is om padden over te zetten. Bijvoorbeeld langs de Ver-Huëllweg op Scheveningen, hier rijdt het verkeer hard.

6. Heeft het college inzichtelijk waar dit soort knelpunten zich voordoen in Den Haag?

Andere knelpunten dan de Ver-Huëllweg zijn het college niet bekend.

7. Is het college in gesprek met betrokken organisaties over de paddentrek 2024 en de door hen gesignaleerde (verkeers)knelpunten?

Het college heeft geen regulier overleg met de betrokken organisaties, maar gaat altijd serieus en constructief om met verzoeken van de betrokken organisaties. Ambtelijk is er regelmatig afstemming en in bijzondere situaties is er overleg. Voorafgaand aan het paddentrekseizoen is er altijd contact tussen de vrijwilligers en de Dienst Publiekszaken over de plaatsing van de verkeersborden.

8. Welke acties verbindt het college aan de door hen genoemde knelpunten? Zijn er bijvoorbeeld mogelijkheden om amfibieëntunnels of andere hulpmiddelen te installeren?

Of de plaatsing van amfibieëntunnels, amfibieëntrappetjes of andere hulpmiddelen op knelpunten zinvol en/of fysiek mogelijk is, hangt altijd sterk van de locatie af. Wanneer zinvolle maatregelen mogelijk zijn, is het college altijd bereid om hier, bijvoorbeeld vanuit ‘werk met werk’, vervolg aan te geven.

9. Er vinden geregeld (weg)werkzaamheden in de openbare ruimte plaats in Den Haag. Op welke wijze houdt het college daarbij rekening met de jaarlijkse paddentrek? Wat doet het college actief om nieuwe knelpunten te voorkomen?

Wanneer en vanuit de betrokken organisaties verzoeken zijn om vanuit ‘werk met werk’ knelpunten op te lossen, dan wordt er serieus met deze verzoeken omgegaan. Nieuwe wegen worden in Den Haag (vrijwel) niet meer aangelegd waarmee het ontstaan van nieuwe knelpunten niet aan de orde is. Zie verder het antwoord op vraag 2.

Elk jaar sterven ook tienduizenden amfibieën in straatputten omdat zij niet uit het riool kunnen klimmen. In 2021 is samen met experts van het RAVON en de Dierenbescherming een trappetje ontwikkeld dat het de padden mogelijk maakt om weer zelfstandig uit een put te kunnen klimmen. Na proeven in 2022 is de trap door de experts goed bevonden en geplaatst in circa 800 straatputten


10. Het nieuw ontwikkelde trappetje is niet geschikt voor elke straatput, daarom zijn er in 2023 proeven gedaan met een aangepaste trap voor dit type straatput. Het college gaf aan deze proef afgerond te willen hebben voor de paddentrek 2024. Kan het college hier een stand van zaken over delen?

Het college doet hier niet zelf onderzoek naar, maar laat dit over aan de landelijke experts van Ravon. Van Ravon is vernomen dat later dit jaar de resultaten worden gepubliceerd. Het college volgt de ontwikkelingen en past desgewenst haar werkwijze aan. Zie ook het antwoord op vraag 11.

11. Monitort het college ook de effecten van de circa 800 geplaatste trappetjes in Haagse straatputten? Zo ja, wat zijn de gevolgen van het plaatsen van de trappetjes? Zo nee, waarom niet?

Het college monitort dit niet zelf, maar laat dit over aan de landelijke experts van de dierenbescherming en Ravon. Uit hun bevindingen blijkt de Haagse trap redelijk werkt voor salamanders en kleine mannetjes padden. Recent door de markt ontwikkelde hoektrappen blijken een veel hoger uitklimpercentage te hebben. Nagenoeg alle in de kolken gevallen dieren kunnen via deze hoektrap de kolken verlaten. In het vervolg gaat de gemeente deze hoektrappen ook toepassen in Den Haag. Voor ronde kolken is Ravon samen met de Saxion Hogeschool op zoek naar een passende oplossing. Het college volgt deze ontwikkeling op de voet.

12. Op welke wijze betrekt het college betrokken organisaties bij de evaluatie van de trappetjes?

Zie hiervoor het antwoord op de vragen 10 en 11.

13. Wanneer kan de raad een evaluatie verwachten over de effecten van de genomen maatregelen om amfibieën de paddentrek te laten overleven?

Er is door het college geen evaluatie voorzien van de effecten van de genomen maatregelen. Voor een
actuele stand van zaken rond de ontwikkelingen van amfibieuitklimvoorzieningen in straatkolken
verwijst het college naar de website van Ravon over dit onderwerp:
https://www.ravon.nl/Zakelijk/...

14. Is het college bereid om met de organisaties zich open te stellen voor pilots met andere hulpmiddelen om te kijken of de dieren nog beter uit de put geholpen kunnen worden? Zo nee,waarom niet.

Het college is hiertoe bereid. Zie ook antwoord op vraag 11.

Het college van burgemeester en wethouders,

de secretaris,
Ilma Merx
de burgemeester,
Jan van Zanen

Interessant voor jou

Schriftelijke vragen Waar blijven de herbruikbare bekers?

Lees verder

Schriftelijke vragen Vervolgvragen Plant Based Treaty

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer