Bijdrage Partij voor de Dieren Hondenbeleid
Voorzitter,
De voortgangsrapportage laat een zeer positief geluid horen: Een groot deel van de hondeneigenaren houdt zich aan de regels.
De metingen van vervuiling door hondenpoep laten een positief beeld zien. Dat zijn zeer gunstige geluiden waar best even de nadruk opgelegd mag worden. Er wordt vaak toch negatief gesproken in de stad en ook in deze raad over de overlast en vervuiling door honden. Deze voortgangsrapportage laat een keer een ander beeld zien. Dat hondenpoep nog altijd als ergernis nummer 1 wordt opgevoerd, strookt in ieder geval niet met de mate van vervuiling. Rond honden vindt vaak negatieve beeldvorming plaats en dat blijkt dus helemaal niet gerechtvaardigd te zijn.
Uit het zwartboek Honden van Pro Hond en uit de klachten die onze fractie hebben bereikt, blijkt dat hondenbezitters zich niet altijd welkom voelen in Den Haag. Ons hebben zeer veel klachten bereikt aangaande de voorzieningen voor honden in Den Haag of eerder het gebrek daaraan. Te weinig losloopgebieden en teveel gebiedsverboden. Ook zijn er veel klachten over de wel erg rigide handhaving door de BOA’s op het gebied van het hondenbeleid. Een schrijnend voorbeeld daarvan is een vrouw die een boete krijgt in verband met een overtreding van de aanlijnplicht, op grond van het feit dat zij de riem van haar hond had los gemaakt alvorens de hond in haar fietsmandje te zetten.
In het geheel genomen is de huidige voortgangsrapportage allesbehalve een sluitende of volledige evaluatie van het huidige hondenbeleid. Voldoende hondenbezitters ervaren knelpunten maar daar wordt niet naar gevraagd in de enquête en de knelpunten blijven volledig buiten beeld in deze rapportage. Is de wethouder bereid om oplossingen en mogelijkheden aan te dragen om tot een verbetering van het hondenbeleid te komen waarbij ook de mening van de hondenbezitters wordt meegenomen?
Mijn fractie is ronduit teleurgesteld over de zeer minimale stadsenquête die is uitgevoerd. Het instrument dat per uitstek geschikt zou zijn geweest om erachter te komen welke klachten er leven onder de bevolking, maar in het bijzonder onder de hondenbezitters. Daarbij hebben we grote vragen over de opzet en uitvoering van de enquête. Hoeveel respondenten waren er? Hoe representatief is deze enquête wanneer 8% van de ondervraagden hondenbezitter is en hoe representatief is dus de beantwoording van de vraagstellingen?
In de enquête vinden wij bijvoorbeeld niet terug welke % van het totaal aantal Hagenaars ook hondenbezitter is. Bij de vraag of men bekend is met het hondenbeleid ontbreekt de vraag of men ook tevreden is over het hondenbeleid. Graag willen wij ook op deze vragen een antwoord.
Dan het Klacht Management systeem: Op zich klinkt het erg goed dat slechts 1 % van de klachten betrekking heeft op honden in de openbare ruimte. Maar wat is de aard van deze klachten? Zitten daar ook klachten bij die bv betrekking hebben op dat er te weinig ruimte is voor honden in de openbare ruimte of over losloopgebieden te dicht langs de openbare weg liggen?
Graag een toelichting hierop.
Afname losloopgebieden
Mijn fractie is teleurgesteld als ook verbaasd over de inventarisatie van het areaal aan losloopgebieden de afgelopen jaren. We kunnen ons er niet in vinden dat de wethouder aangeeft dat er meer losloopgebieden zijn bijgekomen nu volgens de berekeningen van mijn fractie duidelijk blijkt dat er een daling van 40 hectaren te zien is. 40 hectaren voorzitter, dat is 400.000 m2!!
Kan de wethouder aangeven waarom de gegevens vòòr 2008 niet zijn betrokken bij zijn berekening? Wij mogen van de wethouder een gedegen berekening verwachten teruggaand tot 1996, voorzien van een onderbouwing. Graag ontvangen wij deze alsnog.
De hondenkaart
Op de kaart zijn er zogezegd twee kleuren: rood = verboden gebied en groen= losloopgebied.
Eerst de groene gebieden: Dit zijn de losloopgebieden en omvatten zowel de uitrengebieden als de uitlaatplekken. Echter veel losloopgebieden zijn absoluut nooit geschikt om je hond los te laten. De hondeneigenaar moet op veel van deze plekken zelf de afweging maken of zijn hond daar los gelaten kan worden of niet, maar als loslaten ronduit gevaarlijk is, waarom wordt die mogelijkheid dan überhaupt geboden? We hebben een foto-impressie gemaakt van losloopgebieden waar de hond theoretisch los mag, maar waar loslopen nooit een optie zou mogen zijn voor de veiligheid van mens en dier.
Wij vragen de wethouder een berekening te maken van het areaal aan veilig losloopgebied waarbij uitrengebieden en uitlaatplekken apart worden aangegeven. Uit deze berekening zal blijken dat de situatie qua reële losloopgebieden lang niet zo gunstig is als de wethouder ons wil doen geloven.
Voor losloopgebieden die niet veilig zijn en waar de honden nooit los zouden mogen lopen ivm de veiligheid van mens en dier, zijn 2 oplossingen mogelijk: 1)afscheidingen creëren -die ook acceptabel zijn voor de sociale veiligheid - of 2)het aanlijngebod handhaven. In het laatste geval zou de kaart geen groen meer aangeven. Er wordt dan ook duidelijk waarom hondenbezitters vragen om meer losloopgebieden.
Dan over de braakliggende terreinen
Van een braakliggend terrein een parkje voor honden maken omdat er behoefte bestaat aan meer losloopgebied, is een redelijke wens. Dat het college dit teveel moeite vindt en dat daarom maar van het idee wordt afgezien vind ik een te gemakkelijke redenering.
Kan de wethouder uit de doeken doen welke kostenposten gepaard zullen gaan met het in gebruik nemen als hondenuitlaatplek van een tijdelijk braakliggend terrein? Wil de wethouder zijn standpunt met betrekking tot braakliggend terrein wellicht herzien?
Toename van gebiedsverboden voor honden
Naast de afname van losloopgebieden zijn er ook veel gebieden verboden geworden voor honden. We hebben daar om meerdere redenen moeite mee: Niet wat betreft de vogelrustgebieden en ook niet wat betreft de kinderspeelplaatsen. Maar is het bijvoorbeeld echt nodig in het Zuiderpark? Op zich hebben wij er begrip voor dat je niet wilt dat honden loslopen op een ligweide of op een barbecueplek of op fietspaden, maar dat kan toch ook gewoon worden opgelost door simpelweg het aanlijngebod te handhaven? Kan de wethouder aangeven welk probleem wordt opgelost door een gebiedsverbod wat niet al door een aanlijngebod wordt ondervangen? En kan de wethouder aangeven wat de redenen zijn op grond waarvan de huidige gebiedsverboden tot stand zijn gekomen? Ik kan u daarbij alvast meegeven dat het enkele feit dat er ook hondeneigenaren zijn die zich niet aan de regels houden nooit ofte nimmer een verbod (dus straf) op mag leveren voor alle hondenbezitters. De gebiedsverboden die worden opgelegd in het kader van de voetbalwet gelden immers ook uitsluitend en alleen voor de raddraaiers die zulks verdiend hebben. Niemand overweegt hier een hele groep aan te spreken op het gedrag van een enkeling. Bovendien blijkt uit de voortgangsrapportage dat de meeste hondeneigenaren zich goed houden aan de regels.
Is de wethouder bereid de gebiedsverboden te herzien en een evenwichtige verdeling te maken tussen losloopgebied en plaatsen waar de hond moet worden aangelijnd?
Honden, natuur en gedragsregels
De samenleving bestaat uit mensen die honden leuk vinden en mensen die ze wat minder leuk vinden. Helaas trekken honden door vermeende overlast toch vaak aan het kortste eind. Maar waar bestaat deze overlast nu werkelijk uit? Overlast kan worden voorkomen indien de gemeente normversterkend zou werken, bijvoorbeeld door middel van gedragsregels. Een bordje met gedragsregels zou bij ieder losloopgebied geplaatst moeten worden. Gezien het feit dat het gros van de hondenbezitters zich al aan alle regels houdt, valt er veel goeds te verwachten van dergelijke gedragsregels bij ieder gebied.
Honden worden uit natuurgebieden geweerd met de redenering dat zij een verzurende en vermestende invloed zouden hebben wanneer de eigenaar de uitwerpselen niet opruimt. Ook zouden honden de natuur verstoren door de fauna op te jagen en de flora te vertrappen en te vernielen door te graven. De reden voor de gebiedsverboden in de natuur is nu gelegen in preventie. Echter, een gebiedsverbod is een zeer heftig middel om te komen tot preventie. Uit de voortgangsrapportage is gebleken dat een groot deel van de hondeneigenaren zich houdt aan de regels en ook de metingen van vervuiling door hondenpoep laten een positief beeld zien. De integrale aanpak van communicatie, schoonmaken en handhaven werkt: is de wethouder bereid deze werkwijze ook in te zetten in natuurgebieden?
Daarnaast moet men de oorzaken van de verzuring en de vermesting van natuurgebieden juister presenteren. Voornamelijk door de activiteiten van de mens wordt de hoeveelheid stikstof die een natuurgebied verdragen kan, overschreden. Denk hierbij aan vervuiling door veehouderij, industrie en verkeer. De vervuiling die een hond veroorzaakt valt in het niet bij de vervuiling die al wordt veroorzaakt door de mens. Een hond produceert namelijk lang niet zoveel stikstof als de veehouderij bijvoorbeeld. Toch moeten de hondenbezitters ervan vergewist raken dat hondenpoep geen natuurproduct is dat men kan laten liggen. De opruimplicht geldt ook in natuurgebieden en een overtreding van deze opruimplicht is beboetbaar. Door de juiste voorlichting zal, net als in de rest van de stad, het merendeel van de hondenbezitters de uitwerpselen netjes opruimen waardoor de invloed van de honden op natuurgebieden nog geringer wordt dan op dit moment al het geval is.
Mensen mogen volgens de Flora en Faunawet beschermde diersoorten niet verstoren en ook dat is een beboetbaar feit. Ook hier kan goede voorlichting helpen. Leg hondenbezitters uit dat sommige rassen van nature wilde dieren opjagen, maar dat het opjagen negatieve gevolgen kan hebben voor het wild en het natuurgebied.
Gezien het bovenstaande valt er een wereld te winnen op het gebied van voorlichting. Veel problemen ontstaan niet door opzet maar door onwetendheid. Wanneer hondenbezitters zich aan de regels houden, kunnen natuur en hond zeer wel samen gaan.
Is de wethouder bereid om mee te werken aan het opstellen van gedragsregels voor honden in natuurgebieden zodat de honden ook daar veilig en zonder overlast te veroorzaken los kunnen lopen?
Over het losloopgebied op het strand
Ook daar signaleren wij knelpunten en hoort de hele gemeenteraad klachten:
Allereerst de veiligheid: Er worden honden doodgereden op het strand door voertuigen die daar niet, ik herhaal niet stapvoets rijden. Is de wethouder bereid daar duidelijker en strakker op te handhaven?
Als je hond stervend in je armen ligt is dat een afschuwelijke ervaring! Het is uitermate ongepast om op zo’n moment als gemeente te wijzen op de eigen verantwoordelijkheid van de hondenbezitter, terwijl de schuld niet ligt bij de hondenbezitter maar bij de persoon die te hard rijdt. Natuurlijk mag men van een hondenbezitter verwachten dat deze goed oplet en alert is op stapvoetsrijdende auto’s maar men hoeft geen rekening te houden met onverantwoordelijk hard rijdende automobilisten op het strand dat nota bene een wandelgebied is. Is de wethouder het met mij eens dat het ongepast is om de hondenbezitters op hun eigen verantwoordelijkheid te wijzen wanneer een te hard rijdende auto een lid van hun gezin dood rijdt?
In de voortgangsrapportage staat dat handhaving op het gebied van hondenbeleid voor de gemeente de prioriteit heeft, maar daar stelt de gemeente toch echt de verkeerde prioriteit. De veiligheid van mens en dier heeft natuurlijk prioriteit boven vermeende overlast en vervuiling. Is de wethouder bereid zijn prioriteit te leggen bij de veiligheid van mens en dier in de losloopgebieden?
Vervolgens wil ik de situering van de twee permanente losloopgebieden op het strand aanhalen. Deze gebieden zijn beiden lastig bereikbaar.
Bovendien is het eerste deel van het losloopgebied bij het Zwarte Pad opslag voor catamarans dit is een gevaarlijk stuk omdat de boten door tractoren naar en van de zee gebracht worden.
Het volgende deel is tevens bestemd voor naaktrecreatie niet iedere hondenbezitter vindt het prettig om de hond uit te laten op het naaktstrand! Maar ook moeten wij er begrip voor hebben dat niet alle naaktrecreanten het prettig vinden als er honden worden uitgelaten op hun strand. Zij kunnen immers nergens anders heen?
Is de wethouder bereid de situering van de permanente losloopgebieden op het strand zodanig te wijzigen dat ze gemakkelijk bereikbaar zijn en dat de honden en andere gebruikers van het strand geen hinder van elkaar ondervinden?
Als laatste wil ik nog iets kwijt over afval: jaarlijks wordt 400 ton afval verwijderd van de Scheveningse stranden, achtergelaten door badgasten. Iedere dag met mooi weer zo’n 20 ton afval!
Ook ruimt de gemeente Den Haag ieder jaar tussen de 350 en 620 ton vuurwerkafval op. Waarom hoeven de badgasten en de vuurwerkliefhebbers hier niet apart voor te betalen terwijl hondenliefhebbers wel moeten betalen voor hun viervoeter?
In de gemeente Leiden is de hondenbelasting sinds 2005 afgeschaft en het blijkt uit de Leidse stadsenquête dat er minder overlast wordt ervaren van hondenpoep dan voor 2005. Hieruit blijkt maar weer dat belonen beter werkt dan straffen!
Is de wethouder bereid de hondenbezitter op deze wijze tegemoet te komen?
Het uitgangspunt
Gezien alle genoemde punten zijn wij van mening dat het huidige uitgangspunt van het hondenbeleid moet worden aangescherpt. Het volgende uitgangspunt is scherper en minder “vrijblijvend” verwoord: “Voldoende ruimte bieden aan honden en hun eigenaren en een bijdrage leveren aan een schone, veilige stad voor mens en dier, waarbij voldoende en veilige losloopgebieden worden gerealiseerd voor de honden in Den Haag.”
Is de wethouder bereid het uitgangspunt aan te scherpen en minder vrijblijvend te formuleren?
Zeer veel vragen dus naar aanleiding van de voortgangsrapportage. Een voortgangsrapportage die eerder werd aangekondigd door de wethouder als evaluatie maar die eigenlijk geen evaluatie van het huidge hondenbeleid inhoudt.
Is de wethouder bereid alsnog in een eerlijke en volledige evaluatie te voorzien waarin aandacht wordt besteed aan de knelpunten die worden ervaren door hondenbezitters?
Interessant voor jou
Bijdrage Belastingplan 2011-2014
Lees verderInterview Partij voor de Dieren over de proef met het verwisselen van meeuweneieren
Lees verder