Bijdrage Stichting Energie Academie (SEA)


Cie Samen­leving

22 september 2021

Voorzitter,

De teloorgang van de Energie Academie legde de zwaktes van dit college bloot: integriteitsproblemen en grootheidswaanzin. Daarnaast worden klimaatdoelstellingen absoluut niet serieus genomen. De jongeren, waar dit project zogenaamd voor werd opgetuigd, zijn de grote verliezer. De integriteitsproblemen zien we in het gedrag van de wethouders en het bestuur van de stichting. Grootheidswaanzin heeft ervoor gezorgd dat dit project van het begin af aan eigenlijk al gedoemd was te mislukken. Gesjoemel met facturen, vriendjespolitiek en vertroebelde verhoudingen verergerden de zaak. Wethouders uit dit college verdrongen elkaar om in het kaartenhuis dat energie academie heette op de foto te staan met de minister president en andere bobo’s die werden uitgenodigd. Maar toen het, onvermijdelijk, in elkaar stortte, waren zij allemaal nergens meer te bekennen, nam niemand verantwoordelijkheid. Dit ten koste van de honderden jongeren die geholpen moesten worden, maar die duidelijk nooit echt de prioriteit kregen van dit - en het vorige- college. Iedereen was te druk bezig met hun eigen reputatie. Wat leert het college hiervan, en hoe gaat deze bestuurscultuur drastisch veranderen? Graag een reactie.


De rapporten van onderzoeksbureau Berenschot en van de curator liegen er niet om. Beide verantwoordelijke wethouders gaven groen licht en een enorme subsidie aan een project dat zo lek was als een mandje. De gouden bergen die werden beloofd over het opleiden van een leger aan vakmensen voor de energietransitie, werd al snel overboord gegooid. Alleen in naam hield de energie academie zich nog bezig met energietransitie.

De Partij voor de Dieren vindt het erg zorgwekkend dat er binnen deze gemeente en binnen dit college blijkbaar zo weinig verstand van zaken is, dat niemand zich realiseerde dat de Stichting Energie Academie geen kans van slagen had. Dat subsidiegeld blijkbaar zo makkelijk over de balk wordt gesmeten, terwijl er niet eens een fatsoenlijke businesscase was. Dat geld werd uitgegeven die er niet was, maar niemand dat erg vond. En dat vrienden van vrienden goedbetaalde baantjes kregen. Het roept ook vragen op over hoe dat bij andere projecten en stichtingen gaat waar de gemeente een subsidierelatie mee heeft. Zou het college bereid zijn om hier onderzoek te doen? Hoeveel grote projecten worden uitbesteed aan externe bureaus en stichtingen? Wordt de subsidie goed besteed? Hoeveel van dit soort externe stichtingen zijn er momenteel actief voor de gemeente Den haag? Hoe wordt daar de controle op gehouden? Wat is het checks & balances systeem? Hoe vaak wordt gecontroleerd of dit werkt, door onafhankelijke accountants? Mijn fractie pleit voor een uitgebreide scan om uit te zoeken hoe het ervoor staat met alle stichtingen waar de gemeente een subsidierelatie mee heeft. Graag een reactie van de wethouder.

Voorzitter, we moeten lering trekken uit de fouten die gemaakt zijn bij het project Energieacademie. Niet alleen moeten we leren van de fouten in verleden en heden, ook moeten kijken naar de toekomst en nieuwe fiascos voorkomen. Wat Partij voor de Dieren betreft wordt er niet per se een doorstart gemaakt met de Energie Academie zelf, maar wordt met een schone lei begonnen. Een banenproject is nodig, maar het moet wel geleid worden door capabele mensen. Zoals wordt aangeraden door Berenschot moet dit keer klein worden gestart, en successen worden uitgebreid. Hoe kijkt de wethouder hier tegenaan? Hoe gaat de gemeente zorgen voor een capabel team met leidinggevenden die verstand van zaken hebben? Kijken de accountants van de gemeente mee voor de checks and balances? Kan het college zich vinden in alle aanbevelingen van Berenschot? Heeft het college hier zelf nog aanvullingen op? Ook wil mijn fractie weten hoe het college de schuldeisers tegemoet gaat komen.

Voorzitter, ook moet het opleiden van vakmensen voor de energietransitie weer een doelstelling worden. Ooit was dit de hoofddoelstelling van de Energieacademie, de naam verraadt het al een beetje. Toch is dit doel compleet verloren geraakt tussen alle onrealistische doelen en beloftes. Kan de wethouder toezeggen dat bij het opnieuw opzetten van een banenproject dit doel zal worden verankerd in alle plannen?