Handel zonder dieren


Initi­a­tief­voorstel

4 juli 2022

Inhoudsopgave

Inleiding

Dieren zijn levende wezens; geen hebbedingen. Het past niet in een stad van Vrede en Recht om dieren tentoon te stellen, onder dieronwaardige omstandigheden. Shows met uilen, papegaaien zonder water in de brandende zon, mobiele kinderboerderijen of levende kerststallen zijn onwenselijk. Dit is de reden dat de gemeenteraad vorig jaar het initiatiefvoorstel Haagse evenementen vrij van dierenleed heeft aangenomen. Met dit raadsbesluit werden evenementen en straatartiesten vergunningsplichtig indien dieren worden gebruikt. Echter, het gebruik van dieren bij het venten is niet vergunningsplichtig.

De Partij voor de Dieren wil hier verandering in brengen en wil daarvoor de Verordening straathandel Den Haag 2017 aanpassen.

Probleemstelling

Helaas worden dieren nog altijd gebruikt voor het vermaak van mensen en lijden dieren daaronder. De dieren die worden gebruikt, kunnen namelijk vaak hun soorteigen gedrag niet vertonen. Ook hebben de dieren vaak geen mogelijkheid om zich terug te trekken. Papegaaien krijgen bijvoorbeeld nauwelijks de kans om te vliegen en zitten voor het grootste deel van de tijd in te kleine hokken of op een stok. Daarbij hebben ze niet altijd de beschikking over water. Bovendien veroorzaakt het vervoer en bijbehorende handelingen veel stress bij de dieren. Ook wakkert een dergelijk evenement onder particulieren de vraag naar dit soort dieren en bijgevolg de illegale handel aan.

Den Haag zou afstand moeten nemen van het op deze manier gebruiken van dieren. Momenteel is het niet mogelijk om dieronvriendelijk gebruik te verbieden. Het is echter wel mogelijk om exploitanten te stimuleren dit niet meer te doen. In Den Haag is ervoor gekozen om het venten niet vergunningsplichtig te maken. Het kan vergunningplichtig gemaakt worden indien dieren worden gebruikt en daarmee kan diergebruik worden ontmoedigd.

Aanpak

Rol Rijksoverheid

Allereerst is het wenselijk dat de gemeente de mogelijkheid krijgt om regels te stellen voor het gebruik van dieren. Daarom is in het eerdere initiatiefvoorstel vastgelegd dat de Rijksoverheid hiertoe wordt opgeroepen. Het is namelijk beter om dieronvriendelijke handelingen te verbieden dan er regels voor te stellen.

Gebruik dieren voor handel

Wat wel mogelijk is op gemeenteniveau, is het verplicht maken om een vergunning aan te vragen voor het gebruik van dieren bij straathandel. Op die manier ontstaat een drempel om dieren te gebruiken bij het venten. Daarnaast kunnen aanvragers van een vergunning op dat moment bewust worden gemaakt van de schadelijke gevolgen van een dergelijke handeling. Ook kan beter toezicht op het gebruik van dieren plaatsvinden. Zo mogen Buitengewone Opsporingsambtenaren (BOA’s) van de gemeente controleren of er een gemeentelijke vergunning is afgegeven. Daarnaast kunnen zij de aanwezige verzorgers van de dieren vragen of zij in het bezit zijn van de wettelijk vereiste gezondheidsverklaring van de dieren en of zij een vakbekwaamheidsverklaring kunnen overleggen. Uiteindelijk kan op basis daarvan de (dieren)politie, inspecteurs van de Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit (NVWA) of Landelijke Inspectiedienst Dierenbescherming (LID) worden gevraagd hierop te komen controleren.

Tot voor kort was het verboden om zonder vergunning ambulante handel (ook wel venten of straatverkoop genoemd) te beoefenen op straat. Dit is in de Verordening straathandel Den Haag 2017 aangepast en nu is slechts in het geval van een standplaats een vergunning vereist. Wenselijk is dat alle vormen van straathandel met dieren vergunningsplichtig is. Het is ook logisch om straathandel gelijk te stellen met het hebben van een standplaats. Door het gebruik van dieren zal namelijk over het algemeen een verkoopinrichting worden gebruikt. Ook zal vaak vanwege het hebben van dieren langer worden stilgestaan dan voor het bedienen van klanten nodig is. Om die reden wordt de definitie van venten aangepast zodat duidelijk is dat het gebruik van dieren voor handel onder de regels van standplaatsen valt en niet die van puur venten. Dienovereenkomstig wordt de definitie van standplaats aangepast. Hierdoor wordt het eenvoudiger te begrijpen onder welke definitie en dus juridisch kader een kar met papegaaien valt, om een voorbeeld te noemen.

Financiën

Dit voorstel is budgetneutraal. Vanwege het feit dat dieren beperkt gebruikt worden in Den Haag kan het behandelen van die beperkte aanvullende aanvragen binnen de huidige bezetting worden opgevangen.

Planning

Voorgesteld wordt om de aanpassing te laten ingaan op 1 januari 2023 zodat burgers en bedrijven hier rekening mee kunnen houden. Wanneer deze wijziging wordt doorgevoerd, moet de website waarop vergunningsaanvragen worden gedaan hierop worden aangepast.

Raadsbesluit

De gemeenteraad van de gemeente Den Haag, in vergadering bijeen d.d. 8 juni 2023, gezien het voorstel
van Robert Barker en Robin Smit, Partij voor de Dieren.

Besluit:

I. dat met dit raadsbesluit de categorisering van “standplaats” of “venten” in de zin van de Verordening wordt verduidelijkt. Het is namelijk niet goed denkbaar dat bij het gebruik van dieren sprake is van een continue voortbeweging die vereist is volgens het gemeentelijke begrip “venten”;

II. met deze verduidelijking de duidelijkheid en handhaafbaarheid toeneemt aangezien duidelijker wordt wanneer sprake is van een standplaats en wanneer venten;

III. het initiatiefvoorstel geen inhoudelijke regels rond dierenwelzijn bevat en ook niet het motief heeft om via de vergunningsverlening te toetsen op dierenwelzijn. Het motief van dit voorstel is in lijn met het bestaande kader van de verordening straathandel, namelijk het belang van de openbare veiligheid, het belang van de volksgezondheid en het belang van de bescherming van het milieu. Conform de regulering van straatartiesten en evenementen in de huidige APV is de aanpassing van de verordening wenselijk vanuit het oogpunt van de veiligheid en gezondheid van anderen en het voorkomen van overlast.

IV. gegeven het voorgaande artikel 1 van de Verordening straathandel Den Haag 2017 als volgt aan te passen met als ingangsdatum 1 juli 2023:

a. Aan het begrip standplaats na de woorden "of aan de weg bevindt" de volgende zin toe te voegen: ‘Onder standplaats wordt in aanvulling ook verstaan het in de uitoefening van de ambulantehandel te koop aanbieden, verkopen of afleveren van zaken dan wel diensten aan huis of op de weg in de zin van artikel 1:1 van de Algemene plaatselijke verordening voor de gemeente Den Haag waarbij niet langer wordt stilgestaan dan voor het bedienen van klanten nodig is, gebruikmakend van dieren.’

b. Aan het begrip venten een nieuw criterium onder sub d toe te voegen (waardoor wordt aangegeven wat niet onder venten wordt verstaan): ‘het in de uitoefening van de ambulante handel te koop aanbieden, verkopen of afleveren van zaken dan wel diensten aan huis of op de weg in de zin van artikel 1:1 van de Algemene plaatselijke verordening voor de gemeente Den Haag waarbij niet langer wordt stilgestaan dan voor het bedienen van klanten nodig is, gebruikmakend van dieren.’

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 8 juni 2023

De griffier,De voorzitter,

Bijlagen


Status

Aangenomen

Voor

D66, GroenLinks, Partij voor de Dieren, PvdA, DENK, Haagse Stadspartij, SP, PVV, ChristenUnie/SGP

Tegen

Hart voor Den Haag, VVD, CDA, Forum voor Democratie