Stuur op het klimaat!


Initi­a­tief­voorstel

5 juni 2023

Inhoudsopgave

Aanleiding

Er is een ernstige klimaatcrisis wereldwijd. Miljoenen mensen ondervinden deze gevolgen, zoals bosbranden, droogte en hittegolven met dodelijke afloop. Inwoners van Den Haag ondervinden ook de gevolgen van klimaatverandering. Straten overstromen bijna ieder jaar na extreme regenval. Hittestress veroorzaakt ernstige gezondheidsproblemen. De zeespiegel stijgt sneller dan verwacht. Sommige wijken, zoals Laak, Schilderswijk en Transvaal zijn warmer dan andere delen van de stad. Klimaatverandering heeft directe gevolgen voor de stad Den Haag en voor natuur die al onder druk staat.

In het coalitieakkoord Den Haag 2022 – 2026 is de ambitie vastgelegd dat Den Haag in 2030 klimaatneutraal is. Daarnaast staat in het akkoord dat Den Haag zich aansluit bij de klimaatdoelstellingen van het Rijk en het EU-plan ‘Fit for 55’. Aangegeven wordt dat er concrete acties komen om de uitstoot van broeikasgassen minimaal te verminderen in lijn met de in het coalitieakkoord vastgestelde doelstellingen.

Het college geeft uitvoering aan het behalen van deze doelstellingen en de daarvoor vereiste concrete acties. Daarvoor wordt het klimaatbeleid geactualiseerd. De gemeenteraad speelt daarbij vanzelfsprekend een belangrijke rol. Naar onze mening kan de rol van de gemeenteraad in het kader van het controleren en bijsturen van het klimaatbeleid versterkt worden. Op dit moment ervaren wij dat er onvoldoende gestuurd kan worden op basis van het vooruit kijken op de lange termijn en het terugblikken op het uitgevoerde beleid. Dat heeft enerzijds te maken met welke (soort) informatie er beschikbaar is en welke gevolgen dit heeft voor het klimaatbeleid in Den Haag. Anderzijds ligt dat ook aan de ontbrekende kennis over wat voor effect het uitgevoerde beleid van voorgaande jaren heeft gehad.

Het doel van dit initiatiefvoorstel is om (1) de raad in staat te stellen om het Haagse klimaatbeleid op basis van meer diepgaande informatie en feiten te controleren en bij te sturen en (2) het klimaatbeleid overzichtelijk, concreet en meetbaar te maken. Daarom stellen wij voor om de Routekaart Klimaatneutraal Den Haag op te stellen en de Haagse Klimaatrapportage jaarlijkse uit te brengen.

Wij hopen dat het initiatiefvoorstel op brede steun kan rekenen van het stadsbestuur.

Probleemschets

Het Haagse klimaatbeleid is gestoeld op de Kadernota Duurzaamheid (RIS301829) en wordt geactualiseerd naar aanleiding van het coalitieakkoord. Hier wordt jaarlijks door het college uitwerking aan gegeven met de Programma- en Voortgangsbrief Duurzaamheid. In de programmabrieven, die vanaf 2023 worden vervangen door nog te publiceren werkagenda’s, worden op de deelonderwerpen energietransitie, leefomgeving, mobiliteit en grondstoffen doelstellingen geformuleerd. In de voortgangsbrieven wordt beschreven in hoeverre deze doelstellingen zijn behaald. Wij constateren dat de volgende vijf punten opgenomen dienen te worden in de manier waarop het klimaatbeleid wordt vormgegeven en wordt teruggekoppeld aan de raad en de stad. Het gaat om de volgende vijf punten:

    1. concrete en meetbare doelstellingen;
    2. tussentijdse doelstellingen;
    3. monitoren welke doelstellingen niet worden gehaald;
    4. onderzoeken oorzaken niet halen doelstellingen;
    5. plan van aanpak bewonersparticipatie en doelgroepenanalyse.

    Op dit moment ontbreken de bovenstaande punten op plekken in het klimaatbeleid.Daarnaast is het op dit moment voor de raad soms moeilijk om het klimaatbeleid bij te sturen, omdat de doelen en de rapportage soms niet concreet zijn. De vijf toevoegingen hebben daarom een positief effect op de uitvoering en de voortgang van het klimaatbeleid. Ook op de manier hoe de raad wordt geïnformeerd en de rol die hij krijgt in het bijsturen van het beleid.

    1. Concrete en meetbare doelstellingen

    Allereerst dienen alle klimaatdoelstellingen concreet en meetbaar te zijn. Het behoeft geen uitgebreide uitleg waarom dat noodzakelijk is. Het is vanzelfsprekend dat als beleid wordt gevoerd het belangrijk is om kennis te hebben over het effect van dat beleid te weten. Op basis daarvan kan bezien worden welke acties effectief zijn en welke niet, waar vervolgens op kan worden bijgestuurd. Daarom is van belang dat er zowel generieke doelstellingen zijn als specifieke doelstellingen per maatregel zijn. Zo wordt duidelijk hoe het gemeentelijke instrumentarium bijdraagt aan het behalen van de gemeentelijke doelen. Doordat deze vertaling voor het klimaatbeleid niet voldoende heeft plaatsgevonden, kan te weinig worden nagegaan in hoeverre doelstellingen zijn gehaald. Dit zorgt er ook voor dat achteraf niet altijd bijgestuurd kan worden met maatregelen om een doelstelling in de daaropvolgende jaren wel te halen. Daarnaast is het onduidelijk hoeveel minder broeikasgassen worden uitgestoten bij het halen van de doelstellingen per deelonderwerp en welke bijdrage dat heeft op de ambities uit het coalitieakkoord. Met het meetbaar maken van doelen moeten we ook extra bewust zijn van de biases die daarbij komen kijken.

    2. Tussentijdse doelstellingen

    Ten tweede is het belangrijk om tussentijdse klimaatdoelstellingen vast te stellen. Om het mogelijk te maken dat we in Den Haag de ambities uit het coalitieakkoord ook na 2026 halen, is het noodzakelijk dat tussentijdse doelen in eerdere jaren worden geformuleerd. Zo kunnen we er zeker van zijn dat Den Haag op koers ligt. De tussentijdse doelstellingen dienen per deelonderwerp geformuleerd te worden. Indien Den Haag doelstellingen niet haalt of daarin achterloopt, is dit voor het stadsbestuur een signaal om daarop te acteren.

    Indien deze doelstellingen wel worden gehaald, dan is het daarentegen inzichtelijk waar het wel goed gaat, zodat in de aankomende jaren hiermee kan worden doorgegaan. Dit is momenteel niet aan de orde, omdat niet tussentijds inzichtelijk wordt toegewerkt naar de klimaatdoelstellingen die Den Haag heeft vastgesteld.

    3. Monitoren doelstellingen

    Ten derde is het nu vaak onduidelijk welke doelstellingen wel en niet worden gehaald. In de programmabrieven wordt per deelonderwerp beschreven wat er in grote lijnen is uitgevoerd. Dat bevat belangrijke informatie. Maar een concrete uiteenzetting van generieke doelstellingen of doelstellingen per maatregel die niet zijn gehaald ontbrak de afgelopen jaren vaak. Bovendien worden de gevolgen voor het klimaatbeleid niet beschreven. Ook wordt niet ingegaan op hoe deze doelstellingen in het volgende jaar wel gehaald kunnen worden en wat het college daaraan gaat doen. Kortom, het blijft voor de raad (1) vaak onduidelijk welke doelstellingen wel en niet zijn gehaald, (2) welk effect dat precies heeft gehad op de geformuleerde klimaatdoelstellingen uit het coalitieakkoord en (3) hoe het college ervoor gaat zorgen dat de doelstellingen in de komende jaren wel worden gehaald. Hierdoor wordt ook niet op basis van de programmabrieven bijgestuurd en overwogen om bepaalde instrumenten aan te passen, te intensiveren of beëindigen.

    4. Onderzoek oorzaken niet halen doelstellingen

    Ten vierde is het belangrijk om te weten wat de oorzaken zijn van het wel of niet halen van klimaatdoelstellingen. Vanzelfsprekend kan de gemeente met deze kennis maatregelen treffen om bij te sturen, hetgeen nu niet voldoende gebeurt. Het volgende voorbeeld geeft dit goed weer. In de Programmabrief Duurzaamheid 2021 is bijvoorbeeld opgenomen dat het college de ambitie heeft om het aantal zonnepanelen in 2021 te verdubbelen ten op zichte van 2020. In de Voortgangsbrief Duurzaamheid 2021 is te lezen dat deze ambitie niet is gehaald. De zonnepanelen zijn niet verdubbeld. In de voortgangsbrief wordt daar niets over beschreven. Waarom is het niet gelukt om de zonnepanelen te verdubbelen? Hoe is dat in het volgende jaar te voorkomen? Deze vragen blijven onbeantwoord, omdat niet wordt bijgehouden welke oorzaken ten grondslag liggen aan het niet halen van doelstellingen. Zo zijn er nog meer niet gehaalde doelstellingen waarbij de oorzaken ontbreken.

    5. Plan van aanpak bewonersparticipatie en doelgroepenanalyse

    Ten vijfde is het van belang van bewonersparticipatie in het duurzaamheidsbeleid goed wordt vormgegeven door de gemeente. Dit betekent dat per werkagenda gespecificeerd moet worden hoe die participatie wordt vormgegeven. De Rekenkamer Den Haag verwijst in zijn onderzoeksrapport 'Meer doen met meedoen' (RIS314990) naar een treffende zin uit het Nederlandse Klimaatakkoord: "Meedenken is voor veel mensen een voorwaarde voor meedoen". Uit datzelfde onderzoek komt naar voren dat de bewonersparticipatie in de energietransitie niet goed is voorbereid en uitgevoerd door de gemeente. De rekenkamer geeft daarvoor een viertal oorzaken. Allereerst heeft de gemeente de verwachtingen niet waargemaakt, omdat zij zich bij de uitvoering van de bewonersparticipatie te weinig heeft gehouden aan de uitgangspunten die eerder zijn vastgesteld. Als tweede heeft de gemeente in sommige gevallen het beleid rondom de energietransitie veranderd. Hierdoor heeft de gemeente de verwachtingen van bewoners niet waar kunnen maken. Dit heeft negatief uitgepakt voor het draagvlak voor het beleid van de energietransitie. Als derde hebben weinig bewoners kunnen meebeslissen over de energietransitie. Als vierde is het voor bewoners onduidelijk wat er met de door hun gegeven inbreng is gebeurd. Hoe de bewonersparticipatie in de overige werkagenda's (duurzame mobiliteit, duurzame leefomgeving en grondstoffen) gaat is onduidelijk. Naast deze oorzaken constateren wij ook dat een doelgroepenanalyse ontbreekt, waaruit naar voren komt welke bewoners, wijken en organisaties meer of minder zijn betrokken en wat dit betekent voor een rechtvaardige transitie.

    Wijze van aanpak

    De hierboven genoemde vijf punten in de manier van de aanpak van het Haagse klimaatbeleid zijn essentieel. In de kern moet inzichtelijk worden gemaakt welke (tussentijdse) doelstellingen worden geformuleerd, wanneer deze worden uitgevoerd en wat voor effect dat heeft op de geformuleerde ambities. Daarom introduceren wij de volgende instrumenten: (1) Routekaart Den Haag Klimaatneutraal en (2) Haagse Klimaatrapportage. Hieronder worden deze twee instrumenten nader beschreven.

    2.1 Routekaart Den Haag Klimaatneutraal

    De routekaart dient een concreet stappenplan te zijn waarin het complete klimaatbeleid is vastgelegd. Dit bevat ook de uitwerking van de werkagenda’s in wordt opgenomen. De Parijse klimaatdoelstellingen en de ambities uit het coalitieakkoord moeten de basis zijn van de uitwerking van de routekaart. De routekaart maakt duidelijk:

    • welke stappen het college wil nemen op basis van de Parijse klimaatdoelstellingen en de ambities uit het coalitieakkoord;
    • welke (jaarlijkse) tussentijdse, meetbare doelstellingen worden geformuleerd, welke vermindering van broeikasgassen hieraan gekoppeld aan worden en in welk jaar deze behaald dienen te zijn;
    • een klimaatbegroting waarin per werkagenda inzicht wordt gegeven in de te nemen stappen en daarbij een raming van de CO2-ontwikkeling;
    • welke maatregelen en acties Den Haag op welk werkagenda neemt;
    • in welk jaar deze uitgevoerd gaan worden, waarbij de planning en het tempo van de maatregelen per wijk of doelgroep kan verschillen;
    • wat de rol van de gemeente per maatregel zal zijn en de rol van de stakeholders;
    • (in cijfers) uitdrukken welk effect de verschillende maatregelen afzonderlijk naar verwachting hebben op de tussentijdse doelstellingen, zoals op de vermindering van de uitstoot van de broeikasgassen;
    • hoe de bewonersparticipatie per werkagenda wordt vormgegeven.

    Voor de gemeenteraad is het zeer belangrijk dat hij sterk is gepositioneerd voor het effectief controleren van het klimaatbeleid. Primair om zijn taak uit te kunnen voeren, maar even belangrijk om bij te kunnen sturen in het beleid. Op dit moment ervaren sommige raadsleden dat die rol nog onvoldoende tot uiting komt, omdat er geen algeheel overzicht en transitiepad bestaat dat het beleid voor de komende jaren op basis van de doelstellingen uit het coalitieakkoord uittekent. Ook omdat voor de raad verschillende (soorten) informatie ontbreekt, op basis waarvan gecontroleerd kan worden. Het klimaatbeleid staat en er wordt hard gewerkt om de doelstellingen te behalen. Het effect van de lange termijn van het klimaatbeleid en hoe dat gedaan gaat worden, waarbij het wordt vertaald naar acties en maatregelen op de verschillende werkagenda’s, is om die reden ook niet helder. De routekaart moet deze lacunes opvullen en het duurzaamheidsbeleid (1) overzichtelijk, concreet en meetbaar maken en (2) daarmee de raad een prominentere rol geven in het controleren en bijsturen van het beleid.

    De routekaart concretiseert het klimaatbeleid. In het coalitieakkoord is aangegeven dat het college op basis van de Haagse Nota Duurzaamheid ‘’Schone energie in een groene stad’’ (RIS301829) nieuwe werkagenda’s opstelt voor vier deelonderwerpen. Dit betreft: energietransitie, duurzame mobiliteit, duurzame leefomgeving en grondstoffen. De uitwerking van deze werkagenda’s, die afzonderlijk worden opgesteld, zijn daarmee belangrijk voor de routekaart. Op die manier is het voor de raad inzichtelijk waar we ons als stad ons in bevinden, wat we aan het bereiken zijn, waar het goed en niet goed gaat en waar we staan in de kaders van de klimaatdoelstellingen.

    In de brief van 2 november 2022 (RIS313568) schrijft wethouder Kapteijns (Duurzaamheid, Energietransitie en Klimaatadaptatie) dat hij er waarde aan hecht om de werkagenda’s met de raad te bespreken. Hij stelt ook werkbezoeken voor om input uit de stad te verkrijgen. Wij juichen dit in het kader van dit initiatiefvoorstel toe, zodat ook input uit de stad kan worden gehaald, zoals van inwoners, bedrijven en andere relevante organisaties.

    Het gebruiken van een routekaart in klimaatbeleid is niet nieuw. De gemeente Amsterdam werkt sinds 2020 met de Routekaart Amsterdam Klimaatneutraal 2050. [1] De manier waarop inzichtelijk wordt gemaakt hoe het Amsterdamse klimaatbeleid wordt uitgevoerd in lijn met de hierboven genoemde bullet points werpt zijn vruchten af en is iets waar Den Haag van kan leren.

    2.2 Haagse Klimaatrapportage

    Een routekaart implementeren om het klimaatbeleid in kaart te brengen, zodat het stadsbestuur tijdig kan sturen is één onderdeel voor het succes. Het andere onderdeel is het evalueren van het klimaatbeleid. Het continu monitoren van de uitvoering van het gevoerde beleid in een bepaald jaar en rapporteren wat dit uiteindelijk heeft betekend voor de stad is noodzakelijk. Daarvoor is een klimaatrapportage geschikt.

    De klimaatrapportage dient jaarlijks te worden gepresenteerd en moet inzichtelijk maken:

    • in hoeverre de (tussentijdse) doelstellingen zijn behaald;
    • welk effect de afzonderlijke maatregelen hebben gehad;
    • hoe de maatregelen hebben bijgedragen aan de klimaatdoelstellingen;
    • wat de oorzaken zijn van het niet halen van de doelstellingen;
    • welke aanpassingen en/of intensiveringen mogelijk zijn voor bijsturing;
    • wat er geleerd wordt van het voorgaande jaar.
    • een stand van zaken en een evaluatie van de bewonersparticipatietrajecten, zoals voorgenomen in de Routekaart Den Haag Klimaatneutraal, met daarnaast een vooruitblik hoe de aandachtspunten uit de evaluatie worden meegenomen in de verdere uitvoering.
    • een doelgroepenanalyse, waaruit naar voren komt welke bewoners, wijken en organisaties meer of minder zijn betrokken, welke oorzaken hier ten grondslag liggen, wat dit betekent voor een rechtvaardige transitie en welke vervolgacties ingezet gaan worden.

    Met deze rapportage beschikt de gemeenteraad over een controlerend instrument waardoor het terug kan blikken op de voortgang van de uitvoering van de routekaart. Dit betekent ook dat voor de daaropvolgende jaren een vooruitblik kan worden geformuleerd op basis van wat is geleerd van het voorgaande jaar. Dit zorgt ervoor dat er bijgestuurd kan worden als blijkt dat de genomen maatregelen en acties onvoldoende effect hebben gehad. Ook wordt in belangrijke details overzichtelijk gemaakt waar het wringt, waarom dat zo en of, en zo ja, hoe dat voorkomen kan worden in de toekomst. Kortom, de klimaatrapportage moet laten zien wat het gevoerde klimaatbeleid de stad heeft opgeleverd en geeft de gemeente en het stadbestuur de cruciale mogelijkheid inzicht te krijgen in het gevoerde beleid. Op dit moment ontvangt de raad een jaarlijkse Voortgangsbrief Duurzaamheid waarin wordt teruggeblikt op de uitvoering van het klimaatbeleid van het voorgaande jaar, maar een veel informatie ontbreekt in die brief, zoals de volgende punten:

    1. Het is grotendeels een beschrijving van wat er is uitgevoerd in dat jaar. Er vindt geen structurele (cijfermatige) rapportage plaats op de maatregelen, acties en doelstellingen per deelonderwerp.
    2. Enkel de algehele CO2-uitstoot van Den Haag wordt bijgehouden. Er wordt niet inzichtelijk gemaakt hoe iedere werkagenda heeft bijgedragen aan die uitstoot.
    3. De oorzaken van het niet halen van de doelstellingen blijven onbenoemd. Zo blijkt uit de Voortgangsbrief Duurzaamheid 2021 dat de doelstelling voor afname van de CO2 – uitstoot in 2021 niet is gehaald. In de brief blijft onduidelijk wat de oorzaken hiervan zijn. Dit geldt voor meerdere (tussentijdse)doelen per deelonderwerp.
    4. Er wordt niets opgenomen over hoe de maatregelen en acties hebben bijgedragen aan de doelstellingen, welke niet hebben bijgedragen en welke oorzaken hieraan ten grondslag liggen.
    5. Het bevat geen concluderende beschrijving per werkagenda over wat er is geleerd van dat jaar en welke aanpassingen mogelijk zijn om te voeren of doorgevoerd worden om de doelstellingen te halen of maatregelen wel uit te kunnen voeren.
    6. Hoe de bewonersparticipatie wordt vormgegeven, wat de resultaten daarvan zijn en hoe dit in het komende jaar wordt verbeterd. Ook een doelgroepenanalyse voor een rechtvaardige transitie ontbreekt.

    Ondanks de bovenstaande punten zien wij wel de grote inhoudelijke meerwaarde van de inhoud van voortgangsbrief in. Het geeft in hoofdlijnen weer wat er is uitgevoerd per werkagenda. Het is belangrijk om als raad die informatie ook te krijgen. Echter is het niet voldoende om het beleid te kunnen monitoren en te controleren wat betreft het halen van de doelstellingen om daar vervolgens op bij te kunnen sturen. Daarom zien wij een jaarlijkse klimaatrapportage als een noodzakelijk en belangrijk instrument, zodat de eerder genoemde zes punten worden opgelost die nu ontbreken in de Voortgangsbrief Duurzaamheid.

    Financiële dekking

    De kosten voor de Routekaart Klimaatneutraal Den Haag en de Haagse Klimaatrapportage bestaan uit fte’s en mogelijk eenmalige onderzoekskosten. Naar schattig gaat dit om enkele tientallen duizenden euro’s eenmalig voor het opstellen van de instrumenten. Daarnaast dient de routekaart jaarlijks te worden bijgewerkt. Dit bestaat uit fte’s vanuit het ambtelijk apparaat. De kosten voor de Klimaatrapportage bestaat ieder jaar uit fte’s en incidentele onderzoekskosten. Ook dit gaat naar schatting jaarlijks om enkele tienduizenden euro’s.

    De kosten kunnen uit de Uitvoeringsmiddelen Klimaat- en Energiebeleid 2023, en indien nodig de jaren erna, bekostigd worden. De minister voor Klimaat en Energie heeft in oktober 2022 gemeenten en provincies geïnformeerd over de verdeling van deze middelen. [2] De gemeente Den Haag ontvangt in 2023 €9.399.912 van het kabinet. In de jaren 2024 en 2025 wordt minimaal hetzelfde bedrag vrijgemaakt voor Den Haag. De bedragen vanaf 2026 tot en met 2030 worden nader bekend gemaakt, maar zijn in ieder geval minimaal €9.399.912.

    De gelden die gemeenten ontvangen zijn bedoeld om de nationale klimaatdoelstellingen te halen en lokale overheden in staat stellen om dit te samen met de Rijksoverheid te realiseren. De middelen worden vanaf 2023 uitgekeerd in de vorm van een brede doel uitkering. De kosten voor de Routekaart Klimaatneutraal Den Haag en de Haagse Klimaatrapportage kunnen om die reden uit deze middelen bekostigd worden.

    Ontwerp-raadsbesluit

    De gemeenteraad van de gemeente Den Haag, in vergadering bijeen d.d. 25 januari 2024, gelezen het voorstel van Yousef Assad, D66 en Leonie Gerritsen, Partij voor de Dieren.

    Besluit:

    1. Dat de Routekaart Den Haag Klimaatneutraal moet worden opgesteld met daarin:
      1. hoe de gemeente Den Haag de Parijse, de nationale klimaatdoelstellingen en de ambities uit het coalitieakkoord zal behalen;
      2. per werkagenda generieke en specifieke meetbare doelen;
      3. naast einddoelen ook jaarlijkse tussentijdse doelen;
      4. in welke mate de doelen door de gemeente te beïnvloeden zijn en in welke mate niet;
      5. een klimaatbegroting waarin per werkagenda inzicht wordt gegeven in de te nemen stappen en daarbij een raming van de CO2-ontwikkeling;
      6. de maatregelen en acties die Den Haag op ieder werkagenda treft en neemt en in welk jaar deze uitgevoerd gaan worden;
      7. wat de rol van de gemeente per maatregel zal zijn en de rol van de stakeholders;
      8. per maatregel het verwachte effect (en specifiek in cijfers) uitdrukken welk effect maatregelen afzonderlijk naar verwachting zullen hebben op de geformuleerde doelen, zoals op de vermindering van de uitstoot van broeikasgassen;
      9. een plan van aanpak voor bewonersparticipatie per werkagenda, op basis van het gemeentebreed kader voor bewonersparticipatie;
      10. Sociale indicatoren, voor het meten van voortgang van een rechtvaardige transitie inieder geval met betrekking tot energiearmoede en lokaal (coöperatief) eigendom
      11. de indicatoren ook uitsplitsen op wijkniveau, zodat de gemeten voortgang in deklimaattransitie ook gekoppeld kan worden aan wijkgerichte maatregelen

      12. indicatoren die niet in dit voorstel zijn genoemd, maar die het college wel van belang acht.
    2. Dat de Haagse Klimaatrapportage jaarlijks wordt opgesteld waarin het klimaatbeleid wordt gemonitord en geëvalueerd. Daarin komt:
      1. wat bereikt is met de afzonderlijke maatregelen;
      2. per (tussentijds)doel generiek en specifiek in hoeverre deze zijn behaald;
      3. hoe de maatregelen afzonderlijk hebben bijgedragen aan de klimaatdoelstellingen van Den Haag;
      4. wat de oorzaken zijn van het (niet) behalen van (tussentijdse)doelstellingen;
      5. wat geleerd is van het voorgaande jaar
      6. welke aanpassingen mogelijk zijn in het aankomende jaar en waarom.
      7. een stand van zaken en een evaluatie van de bewonersparticipatietrajecten, zoals voorgenomen in de Routekaart Den Haag Klimaatneutraal, met daarnaast een vooruitblik hoe de aandachtspunten uit de evaluatie worden meegenomen in de verdere uitvoering.
      8. een doelgroepenanalyse, waaruit naar voren komt welke bewoners, wijken en organisaties meer of minder zijn betrokken, welke oorzaken hier ten grondslag liggen, wat dit betekent voor een rechtvaardige transitie en welke vervolgacties ingezet gaan worden.
      9. indicatoren die niet in dit voorstel zijn genoemd, maar die het college wel van belang acht.
    3. De Routekaart Amsterdam Klimaatneutraal 2050 te raadplegen ter inspiratie voor het opstellen van de Haagse versies.

    Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 25 januari 2024

    De griffier,De voorzitter,


    Bronnen

    [1] Gemeente Amsterdam (2020). Nieuw Amsterdams Klimaat: Routekaart Amsterdam klimaatneutraal 2050. Opgehaald van: https://openresearch.amsterdam/image/2020/4/21/nieuw_amsterdams_klimaat_routekaart_publieksversie.pdf

    [2] Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (2022). Brief uitvoeringsmiddelen klimaat- en energiebeleid. Opgehaald van: https://vng.nl/sites/default/files/2022-10/Brief-medeoverheden-uitvoeringsmiddelen-KE-beleid.pdf


    Status

    Ingediend

    Voor

    Tegen