Bijdrage Woon­a­genda


Cie Ruimte

16 januari 2019

Voorzitter,

Dank aan de wethouder voor het voorleggen van deze concept agenda. De Partij voor de Dieren is blij met een aantal onderdelen daarvan. We zijn uiteraard benieuwd naar de antwoorden op veel van de gestelde vragen, maar het is goed dat de wethouder heeft gezocht naar creatieve oplossingen om aan de woningbehoefte tegemoet te komen.

Echter, voorzitter, we hebben ook wat kritiek. Zo vinden we dat in het stuk weinig aandacht is voor het verbeteren van de kwaliteit van Haagse woningen. Doordat vooral op aantallen wordt gestuurd en weinig wordt ingegaan op een inzet op handhaving en voorlichting wat betreft de kwaliteit zal dit snel ondersneeuwen. Ik hoor dit geluid ook van de insprekers, die zich zorgen maken over verkamering, de openbare ruimte en het gebrek aan aandacht voor duurzaamheid. We zijn allemaal bekend met de schimmelproblematiek, maar ook de vele problemen die, bijvoorbeeld studenten, ervaren bij het huren van hun huisjesmelker. Is de wethouder bereid om dit aspect in de definitieve versie meer tot zijn recht te doen komen?

Dan de huisvestigingsvergunning. Mijn fractie heeft vragen over de effectiviteit van dit middel. De wethouder geeft aan dat niet is in te schatten hoeveel woningen van particuliere verhuurders worden verhuurd zonder deze vergunning. Mijn inschatting is dat dit best een significant aandeel is. De vergunning uitbreiden naar meer woningen werkt alleen als verhuurders en huurders weten dat dit verplicht is en daadwerkelijk er een aanvragen. Anders is de uitbreiding vooral een papieren exercitie. Graag een reactie van de wethouder.



Verder voorzitter, zoals een van de insprekers al zei, zou de invoering ertoe kunnen leiden dat juist middeldure woningen net boven de middeldure prijsgrens worden verhuurd. Want, er is toch niet, zoals bij sociale woningen, een prijsbepaling die wettelijk is vastgelegd? Hoe meet de wethouder bovendien het effect van deze maatregel?

Tot slot, voorzitter, bij de prestatieafspraken van de vorige keer konden we als Raad wensen en bedenkingen uiten. De wethouder geeft aan dit niet bij de afspraken of het raamcontract te willen doen. Waarom niet? Is hij bereid om dit toch wel te doen?