Schrif­te­lijke vragen 3D reclame in tram- en bushaltes


Indiendatum: aug. 2022

Indiener: Lesley Arp, SP, Fatima Faïd, Haagse Stadspartij, Robert Barker, Partij voor de Dieren

Aan de voorzitter van de gemeenteraad,

Reclames in Haagse bus- en tramhaltes worden steeds opzichtiger. In het najaar van 2021 zagen we dat het volledige wachthuisje van halte Centrum - dus niet enkel de abri’s, maar ook de volledige achterzijde van het wachthuisje - in gebruik was genomen als reclame voor een bouwmarktketen. Later volgden voorbeelden waarbij ook het dak van deze halte werd benut voor zogenaamde 3Dreclame, bijvoorbeeld voor een pretpark en een televisiezender. Momenteel zijn er op daken van verschillende haltes 3D-reclames van de HTM te vinden: denk aan 3D-figuren in de vorm van een emmer en een opblaasflamingo. Ook is er een 3D-reclame op bushalte Kurhausweg opgedoken voor een grote fastfoodketen. Opvallend aan deze reclame is dat het reclame-object (in de vorm van een frietbak) niet op het dak van de halte maar aan de zijkant van het wachthuisje is bevestigd. Ook zijn er twee objecten in de vorm van bakjes frietsaus in de halte geplaatst. Deze reclame-uitingen nemen dus ruimte in beslag die ook benut zou kunnen worden door reizigers op drukke momenten.

Overeenkomstig art. 30 van het Reglement van orde stellen de raadsleden Lesley Arp (SP),
Fatima Faïd (Haagse Stadspartij) en Robert Barker (Partij voor de Dieren) de volgende
vragen: 


1. Kan het college toelichten welke vergunningen er nodig zijn om niet alleen de abri’s in een
tram- of bushalte, maar ook het wachthuisje zelf te benutten voor reclame-uitingen (denk aan
3D-reclame)? Indien hier geen vergunningen voor vereist zijn: kan het college toelichten
waarom dit het geval is?

2. Indien er wel vergunningen vereist zijn voor dit type reclame: kan het college een
overzicht geven van welke vergunningen er sinds 2021 hiervoor zijn afgegeven?

3. Wordt er ook actief gehandhaafd indien dergelijke reclame-uitingen in haltes worden
aangebracht zonder vergunning? Zo ja, kan het college hier voorbeelden van noemen? Welke
boetes worden er in dit soort situaties geriskeerd?

Reclames met 3D-elementen worden door reclame-exploitanten ook wel ‘specials’ of
‘spectaculars’ genoemd.


4. Vloeien de extra opbrengsten die met deze specials gemaakt worden uitsluitend naar de
reclame-exploitant, of ook naar de gemeente / MRDH? Kan het college dit nader toelichten?

5. Kan het college aangeven wat er over specials is afgesproken in de concessie?

6. Zijn er ook tram- en bushaltes waar specials niet worden toegestaan, bijvoorbeeld vanwege
het historische karakter van de omgeving? Zo ja, kan het college dit nader toelichten? Zo nee,
waarom niet? En is het college bereid deze afweging wel expliciet te maken?

7. Worden deze specials ook in esthetisch opzicht beoordeeld? In hoeverre is de
welstandscommissie betrokken bij het beleid en de vergunningsprocedures voor de plaatsing
van deze specials?

8. Hoe wordt de verkeersveiligheid betrokken bij het plaatsen van de reclame-uitingen? Hoe
wordt voorkomen dat mensen die langsrijden daardoor minder op de weg letten en zo
ongelukken gebeuren?

Het doel van deze specials is onder andere dat passanten foto’s / selfies maken met de
reclame-objecten, wat extra publiciteit oplevert voor het adverterende bedrijf. Een
reclamebureau dat deze specials ontwikkelt benoemt op haar website ook de mogelijkheid om
touchscreens en geluiden toe te voegen.


9. Is het college het met de SP, Haagse Stadspartij en Partij voor de Dieren eens dat het
onwenselijk is dat er fysieke ruimte in de halte wordt ingenomen door 3D-reclames die ook
door reizigers benut kan worden op drukke momenten, zoals op de halte Kurhausweg? Zo
nee, waarom niet?

10. Is het college het met de SP, Haagse Stadspartij en Partij voor de Dieren eens dat
opzichtige reclame-uitingen die expliciet uitnodigen tot interactie (bijvoorbeeld het maken
van selfies) tot opstoppingen kunnen leiden op drukke haltes waar bijvoorbeeld ook mensen
met kinderwagens en rollators moeten passeren en dat dit onwenselijk is? Zo nee, waarom
niet?

11. Is het college het met de SP, Haagse Stadspartij en Partij voor de Dieren eens dat
reclame-uitingen met geluid in tram- en bushaltes ronduit irritant kunnen zijn en daarom
überhaupt onwenselijk zijn? Zo nee, waarom niet?

12. Wat is het beleid van het college met betrekking tot reclame-uitingen met geluid? Worden
deze toegestaan? Of zijn hier aanvullende vergunningen voor vereist?

De discussie over ongewenste reclame-uitingen (denk aan fossiele reclame, gokreclame en
reclame voor ongezonde voeding) is erg actueel. Indien er in het gemeentelijke reclamebeleid
geen belemmeringen zijn voor de plaatsing van 3D-reclames in tram- en bushaltes, dan is het
onvermijdelijk dat er ook opvallende reclames zullen opduiken die haaks staan op de doelen
van de gemeente. Men zou kunnen betogen dat dit al het geval is bij de 3D-reclame op de
halte Kurhausweg, aangezien de gemeente overgewicht onder kinderen wil bestrijden.

Daarnaast is het wat de SP, Haagse Stadspartij en Partij voor de Dieren betreft de vraag of
3D-reclame in tram- en bushaltes (nog los van de boodschap van deze reclames) überhaupt
wenselijk is, omdat dit bijdraagt aan een verdere vercommercialisering van de openbare
ruimte. De fracties zijn van mening dat de ‘traditionele’ abri’s al meer dan genoeg ruimte
bieden voor commercie in de buitenruimte en de komst van de mupi’s al een onwenselijke
ontwikkeling was. Onze publieke ruimte behoort toe aan onze inwoners en niet aan grote
bedrijven. Als de gemeente opvallende elementen in de openbare ruimte wil aanmoedigen om
op positieve wijze de aandacht te trekken van dagjesmensen en toeristen, dan is het volgens
de fracties wenselijker om dit te doen door middel van een aantrekkelijke inrichting van de
openbare ruimte: denk aan het toevoegen van groen, zitelementen of kunst. Bovendien hoeft
er door 3D-reclames in tram- en bushaltes überhaupt niet toe te staan ook geen discussie meer
gevoerd te worden over de esthetiek van de reclame-uitingen: bijvoorbeeld of deze afleiden
van historische gebouwen in de omgeving.

13. Is het college het met de SP, Haagse Stadspartij en Partij voor de Dieren eens dat het met
oog op bovenstaande, maar ook vanwege het risico op opstoppingen bij haltes en de ruimte
die reclame-uitingen in beslag kunnen nemen, wenselijk is om geen 3D-reclames meer toe te
staan bij tram- en bushaltes? Zo ja, hoe en per wanneer gaat het college haar beleid hierop
aanpassen? Zo nee, waarom niet?

14. Indien het college 3D-reclames in haltes wil blijven toestaan: ziet het college het risico
dat er opvallende 3D-reclames in de haltes kunnen verschijnen die in strijd zijn met de gemeentelijke doelen en ambities? Zo ja, hoe is het college van plan om hiermee om te gaan
en welk afwegingskader wordt hierbij gehanteerd?

15. Wanneer ontvangt de raad het voorstel voor het nieuwe reclamebeleid? Is het college
bereid om hierin expliciet in te gaan op 3D-reclames? Zo nee, waarom niet?

Lesley Arp
SP
Fatima Faïd
Haagse Stadspartij

Robert Barker
Partij voor de Dieren

Indiendatum: aug. 2022
Antwoorddatum: 29 nov. 2022

De raadsleden de dames Arp en Faïd en de heer Barker hebben op 5 augustus 2022 een brief met daarin vijftien vragen aan de voorzitter van de gemeenteraad gericht.

Overeenkomstig artikel 30 van het reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad, beantwoordt het college deze vragen als volgt.

Reclames in Haagse bus- en tramhaltes worden steeds opzichtiger. In het najaar van 2021 zagen we dat het volledige wachthuisje van halte Centrum - dus niet enkel de abri’s, maar ook de volledige achterzijde van het wachthuisje - in gebruik was genomen als reclame voor een bouwmarktketen. Later volgden voorbeelden waarbij ook het dak van deze halte werd benut voor zogenaamde 3Dreclame, bijvoorbeeld voor een pretpark en een televisiezender. Momenteel zijn er op daken van verschillende haltes 3D-reclames van de HTM te vinden: denk aan 3D-figuren in de vorm van een emmer en een opblaasflamingo. Ook is er een 3D-reclame op bushalte Kurhausweg opgedoken voor een grote fastfoodketen. Opvallend aan deze reclame is dat het reclame-object (in de vorm van een frietbak) niet op het dak van de halte maar aan de zijkant van het wachthuisje is bevestigd. Ook zijn er twee objecten in de vorm van bakjes frietsaus in de halte geplaatst. Deze reclame-uitingen nemen dus ruimte in beslag die ook benut zou kunnen worden door reizigers op drukke momenten.

1. Kan het college toelichten welke vergunningen er nodig zijn om niet alleen de abri’s in een tram of bushalte, maar ook het wachthuisje zelf te benutten voor reclame-uitingen (denk aan 3Dreclame)? Indien hier geen vergunningen voor vereist zijn: kan het college toelichten waarom dit het geval is?
Specials zijn tussen de gemeente en JCdecaux (mupi’s) en de gemeente en MRDH (abri’s) contractueel toegestaan, onder voorwaarde dat de gemeente en HTM hiervoor vooraf toestemming hebben gegeven. Per keer wordt bekeken of een vergunning noodzakelijk is en of de special de toegankelijkheid en de ruimte in de abri niet belemmert. Afhankelijk van de situatie kunnen er diverse vergunningen nodig zijn. Dat kan een omgevingsvergunning voor de activiteit ‘bouwen’, een reclamevergunning (artikel 2:97 APV) en of een vergunning voor voorwerpen op, aan, in of boven de weg (artikel 2:10 APV) zijn.

2. Indien er wel vergunningen vereist zijn voor dit type reclame: kan het college een overzicht geven van welke vergunningen er sinds 2021 hiervoor zijn afgegeven?
Tot op heden zijn er voor dit specifieke type uitingen geen vergunningen afgegeven.

3. Wordt er ook actief gehandhaafd indien dergelijke reclame-uitingen in haltes worden
aangebracht zonder vergunning? Zo ja, kan het college hier voorbeelden van noemen? Welke
boetes worden er in dit soort situaties geriskeerd?

Tot nu toe is er niet actief gehandhaafd op deze reclame-uitingen. Het overtreden van artikel 2:10 is strafbaar is gesteld met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie (maximaal €4500), dan wel dat er een bestuurlijke boete van €240 kan worden opgelegd. Bij strijdigheid met bouwtechnische voorschriften kan er eveneens een boete opgelegd worden op grond van de Woningwet. Voor het enkel ontbreken van een omgevingsvergunning niet. In de Beleidsregel bestuurlijke boete, sluiting en beheerovername op grond van de Woningwet Den Haag (RIS 311800) staat onder de uitgangspunten omschreven waar deze bevoegdheid voor ingezet wordt. Dit type overtredingen valt daar niet onder.

`Reclames met 3D-elementen worden door reclame-exploitanten ook wel ‘specials’ of ‘spectaculars’ genoemd.
4. Vloeien de extra opbrengsten die met deze specials gemaakt worden uitsluitend naar de
reclame-exploitant, of ook naar de gemeente / MRDH? Kan het college dit nader toelichten?

Er zijn geen extra opbrengsten voor de gemeente en/of MRDH.

5. Kan het college aangeven wat er over specials is afgesproken in de concessie?

Zie antwoord vraag 1.

6. Zijn er ook tram- en bushaltes waar specials niet worden toegestaan, bijvoorbeeld vanwege het
historische karakter van de omgeving? Zo ja, kan het college dit nader toelichten? Zo nee,
waarom niet? En is het college bereid deze afweging wel expliciet te maken?

Nee, omdat deze specials slechts tijdelijk worden geplaatst.

7. Worden deze specials ook in esthetisch opzicht beoordeeld? In hoeverre is de
welstandscommissie betrokken bij het beleid en de vergunningsprocedures voor de plaatsing
van deze specials?

Nee, de welstandscommissie is niet betrokken, omdat het gaat om een tijdelijke, kortstondige
toevoeging op een bestaand object.

8. Hoe wordt de verkeersveiligheid betrokken bij het plaatsen van de reclame-uitingen? Hoe wordt
voorkomen dat mensen die langsrijden daardoor minder op de weg letten en zo ongelukken
gebeuren?

Bij het vergunnen van de vaste reclameobjecten (mupi’s, abri’s) wordt getoetst aan verkeersveiligheid. Daarnaast wordt, indien er een vergunning is vereist voor een special, getoetst aan verkeersveiligheid. Ook HTM toetst op veiligheid bij de abri's en de reclame-exploitant heeft hier een verantwoordelijkheid in.

Het doel van deze specials is onder andere dat passanten foto’s / selfies maken met de reclameobjecten, wat extra publiciteit oplevert voor het adverterende bedrijf. Een reclamebureau dat deze specials ontwikkelt benoemt op haar website ook de mogelijkheid om
touchscreens en geluiden toe te voegen.


9. Is het college het met de SP, Haagse Stadspartij en Partij voor de Dieren eens dat het
onwenselijk is dat er fysieke ruimte in de halte wordt ingenomen door 3D-reclames die ook door
reizigers benut kan worden op drukke momenten, zoals op de halte Kurhausweg? Zo nee,
waarom niet?

Ja.

10. Is het college het met de SP, Haagse Stadspartij en Partij voor de Dieren eens dat opzichtige
reclame-uitingen die expliciet uitnodigen tot interactie (bijvoorbeeld het maken van selfies) tot
opstoppingen kunnen leiden op drukke haltes waar bijvoorbeeld ook mensen met kinderwagens
en rollators moeten passeren en dat dit onwenselijk is? Zo nee, waarom niet?

Het is onwenselijk dat er opstoppingen ontstaan bij drukke haltes, daarom zullen situaties waar dit
naar verwachting het geval zal zijn niet worden toegestaan.

11. Is het college het met de SP, Haagse Stadspartij en Partij voor de Dieren eens dat reclameuitingen met geluid in tram- en bushaltes ronduit irritant kunnen zijn en daarom überhaupt
onwenselijk zijn? Zo nee, waarom niet?

Ja, daarom is in het contract met MRDH vastgelegd dat geluid in tram-en bushaltes niet is toegestaan.

12. Wat is het beleid van het college met betrekking tot reclame-uitingen met geluid? Worden deze
toegestaan? Of zijn hier aanvullende vergunningen voor vereist?

In het huidige beleid is niets vastgelegd over geluid bij reclame-uitingen. In het privaatrechtelijke
contract met MRDH is wel al meegegeven dat geluid in tram-en bushaltes niet is toegestaan.

De discussie over ongewenste reclame-uitingen (denk aan fossiele reclame, gokreclame en reclame voor ongezonde voeding) is erg actueel. Indien er in het gemeentelijke reclamebeleid geen belemmeringen zijn voor de plaatsing van 3D-reclames in tram- en bushaltes, dan is het
onvermijdelijk dat er ook opvallende reclames zullen opduiken die haaks staan op de doelen van de
gemeente. Men zou kunnen betogen dat dit al het geval is bij de 3D-reclame op de halte Kurhausweg, aangezien de gemeente overgewicht onder kinderen wil bestrijden.

Daarnaast is het wat de SP, Haagse Stadspartij en Partij voor de Dieren betreft de vraag of 3Dreclame in tram- en bushaltes (nog los van de boodschap van deze reclames) überhaupt wenselijk is, omdat dit bijdraagt aan een verdere vercommercialisering van de openbare ruimte. De fracties zijn van mening dat de ‘traditionele’ abri’s al meer dan genoeg ruimte bieden voor commercie in de buitenruimte en de komst van de mupi’s al een onwenselijke ontwikkeling was. Onze publieke ruimte behoort toe aan onze inwoners en niet aan grote bedrijven. Als de gemeente opvallende elementen in de openbare ruimte wil aanmoedigen om op positieve wijze de aandacht te trekken van dagjesmensen en toeristen, dan is het volgens de fracties wenselijker om dit te doen door middel van een aantrekkelijke inrichting van de openbare ruimte: denk aan het toevoegen van groen, zitelementen of kunst. Bovendien hoeft er door 3D-reclames in tram- en bushaltes überhaupt niet toe te staan ook geen discussie meer gevoerd te worden over de esthetiek van de reclame-uitingen: bijvoorbeeld of deze afleiden van historische gebouwen in de omgeving.

13. Is het college het met de SP, Haagse Stadspartij en Partij voor de Dieren eens dat het met oog op bovenstaande, maar ook vanwege het risico op opstoppingen bij haltes en de ruimte die
reclame-uitingen in beslag kunnen nemen, wenselijk is om geen 3D-reclames meer toe te staan
bij tram- en bushaltes? Zo ja, hoe en per wanneer gaat het college haar beleid hierop
aanpassen? Zo nee, waarom niet?
Nee, op basis van het reclamebeleid is contractueel overeengekomen dat incidenteel specials mogelijk zijn in de gemeente. Met name van belang bij het al dan niet toestaan van specials is dat deze geen belemmering vormen voor de toegankelijkheid of dat een special te veel fysieke ruimte inneemt in een halte. Het College zal dit ook in het te ontwikkelen nieuwe beleid gaan opnemen.

14. Indien het college 3D-reclames in haltes wil blijven toestaan: ziet het college het risico dat er
opvallende 3D-reclames in de haltes kunnen verschijnen die in strijd zijn met de gemeentelijke
doelen en ambities? Zo ja, hoe is het college van plan om hiermee om te gaan en welk
afwegingskader wordt hierbij gehanteerd?
Voor de inhoud van de reclame-uitingen volgen wij de richtlijnen van de Stichting Reclamecode
Commissie.

15. Wanneer ontvangt de raad het voorstel voor het nieuwe reclamebeleid? Is het college bereid om hierin expliciet in te gaan op 3D-reclames? Zo nee, waarom niet?
De evaluatie van het reclamebeleid wordt in kwartaal 1 van 2023 naar de raad gestuurd. Op basis van de bespreking daarvan kan er input worden gegeven voor nieuw reclamebeleid. De verwachting is dat in kwartaal 2 van 2023 het voorstel voor nieuw beleid voor buitenreclame naar de raad wordt gestuurd. In het beleid wordt ook ingegaan op het plaatsen van 3D-reclames.

Het college van burgemeester en wethouders,
de secretaris, de burgemeester,

Ilma Merx Jan van Zanen

Interessant voor jou

Schriftelijke vragen Hoe staat het met groenedakensubsidies in Haagse wijken?

Lees verder

Schriftelijke vragen Verkrotting monumenten Spui

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer