Schrif­te­lijke vragen Hand­having op houtrook


Indiendatum: 23 dec. 2022

Aan de voorzitter van de gemeenteraad,

Op 2 november 2022 heeft de Raad van State uitspraak gedaan over handhaving op houtrookoverlast (Uitspraak 202107882/1/R1). Hierbij werd de gemeente Borsele op de vingers getikt, omdat zij niet adequaat heeft gehandeld bij een melding van houtrookoverlast.

Overeenkomstig art. 30 van het Reglement van orde stelt het raadslid Robert Barker, Partij voor de Dieren, de volgende vragen:

1) Is het college bekend met de uitspraak van de Raad van State? Welke consequenties verbindt de gemeente hieraan voor het Haagse beleid?

2) Wanneer is volgens het college sprake van overmatige hinder als bedoeld in artikel 7.22 van het Bouwbesluit 2012?

Op de gemeentelijke website staat de mogelijkheid om overlast van houtstook te melden bij het meldpunt woonoverlast.

3) Kan het college aangeven op welke manier een melding van overlast wordt afgehandeld?

4) Hoeveel meldingen van overlast door houtstook worden gedaan?

5) Kan het college aangeven op welke manier er wordt vastgesteld dat er inderdaad overlast wordt veroorzaakt door houtstook?

6) Kan het college aangeven op welke manier er wordt gehandhaafd wanneer er overlast wordt vastgesteld als gevolg van houtstook?

7) Hoe vaak heeft het college in de afgelopen jaren overlast vastgesteld en trad het college op?

De vuurstapels tijdens de jaarwisseling vormen ook een grote bron van houtrook.

8) Welke maatregelen heeft het college genomen om te zorgen dat de vuurstapels niet voor houtrookoverlast zorgen?

9) Kan het college aangeven of het meldpunt woonoverlast ook bedoeld is voor inwoners die overlast van houtrook ervaren van de vuurstapels? Zo ja, is het college bereid daar actief over te communiceren?


Robert Barker

Partij voor de Dieren


Indiendatum: 23 dec. 2022
Antwoorddatum: 7 feb. 2023

Het raadslid Barker heeft op 23 december 2022 een brief met daarin negen vragen aan de voorzitter van de gemeenteraad gericht. Overeenkomstig artikel 30 van het reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad, beantwoordt het college deze vragen als volgt.

Op 2 november 2022 heeft de Raad van State uitspraak gedaan over handhaving op houtrookoverlast (Uitspraak 202107882/1/R1). Hierbij werd de gemeente Borsele op de vingers getikt, omdat zij niet adequaat heeft gehandeld bij een melding van houtrookoverlast.

1. Is het college bekend met de uitspraak van de Raad van State? Welke consequenties verbindt de gemeente hieraan voor het Haagse beleid?
Ja, het college is hiermee bekend. De uitspraak heeft geen consequenties voor het Haagse beleid.

2. Wanneer is volgens het college sprake van overmatige hinder als bedoeld in artikel 7.22 van het Bouwbesluit 2012?
In artikel 7.22 van het Bouwbesluit (2012) staat dat “het verboden is in, op of aan een bouwwerk of op een open erf of terrein voorwerpen of stoffen te plaatsen, te werpen of te hebben, handelingen te verrichten of na te laten of werktuigen te gebruiken, waardoor: op voor de omgeving hinderlijke of schadelijke wijze rook, roet, walm of stof wordt verspreid;”

In het Bouwbesluit 2012 zijn echter geen normen vastgesteld waaraan getoetst kan worden. Aangezien een toetsingskader ontbreekt, kan dit alleen worden vastgesteld als er evident sprake van hinder is. Op de gemeentelijke website staat de mogelijkheid om overlast van houtstook te melden bij het meldpunt woonoverlast.

3. Kan het college aangeven op welke manier een melding van overlast wordt afgehandeld?
De melder krijgt advies in gesprek te gaan met de hout stokende partij (veelal buren) en hierover afspraken te maken. Als ondersteuning hierbij biedt het Meldpunt kosteloze begeleiding aan door mediators van Bemiddeling & Mediation. Als uit een melding blijkt dat er sprake is van een overtreding van regelgeving in het Bouwbesluit 2012, dan voert de Haagse Pandbrigade een controle uit.

4. Hoeveel meldingen van overlast door houtstook worden gedaan?

In 2022 zijn 30 meldingen gedaan.
Een tabel met de hoeveelheid meldingen vanaf 2018 staat hier (pagina 2).

Het aantal meldingen vanwege overlast door houtstook stabiliseert al een aantal jaren. Ten opzichte van het totale aantal meldingen dat binnenkomt bij het Meldpunt Woonoverlast is het aantal houtstook meldingen beperkt (circa 1%).

5. Kan het college aangeven op welke manier er wordt vastgesteld dat er inderdaad overlast wordt
veroorzaakt door houtstook?

Aangezien een toetsingskader ontbreekt, kan overlast door houtstook alleen worden vastgesteld als er evident sprake van is.

6. Kan het college aangeven op welke manier er wordt gehandhaafd wanneer er overlast wordt
vastgesteld als gevolg van houtstook?

Handhaving op houtstook vanuit woningen is gebaseerd op het Bouwbesluit 2012. Bij overlast kan de gemeente controleren of er wordt voldaan aan de technische voorschriften voor gebouwen (inclusief rookkanalen en kachels). Het gaat hierbij om regels die betrekking hebben op brandveiligheid en regels die ervoor zorgen dat rook snel genoeg weg kan trekken. Als aan deze eisen wordt voldaan dan is de aanwezigheid van de kachel en het rookkanaal toegestaan. Deze regels zijn uitputtend, wat betekent dat een gemeente onder de huidige wetgeving geen ruimte heeft om hieraan aanvullende of afwijkende regels te stellen.

Daarnaast is er in Den Haag een verbod op het verbranden van afvalstoffen buiten inrichtingen of om anderszins vuur te stoken. Dit is opgenomen onder artikel 5:34 in de Algemene plaatselijke
verordening van de gemeente Den Haag. Uitzonderingen zijn gemaakt voor: sfeervuren (zoals
terrashaarden en vuurkorven) en vuur voor koken, bakken en braden. De handhavingsorganisatie kan bij een overtreding waarschuwingen en bestuurlijke boetes uitdelen.

7. Hoe vaak heeft het college in de afgelopen jaren overlast vastgesteld en trad het college op?

Het Meld- en Steunpunt Woonoverlast heeft afgelopen jaren niet handhavend hoeven op te treden
tegen (rook)overlast door houtstook vanuit woningen.
Op het verbod afvalstoffen te verbranden buiten inrichtingen of anderszins vuur te stoken zijn in de
periode van 2019 tot en met 2022 47 formele waarschuwingen en 66 bestuurlijke boetes geschreven.

De vuurstapels tijdens de jaarwisseling vormen ook een grote bron van houtrook.
8. Welke maatregelen heeft het college genomen om te zorgen dat de vuurstapels niet voor
houtrookoverlast zorgen?

Voor het afsteken van de vuurstapels is een vergunning nodig. Hiervoor moet een ontheffing worden verleend in het kader van de Wet Milieubeheer. In de vergunning worden diverse voorwaarden gesteld die bijdragen aan de beperking van rookontwikkeling en blootstelling aan rook. Zo is de omvang van de vuurstapel beperkt tot 10m x 10m x 10m. Ook mag er alleen gebruik gemaakt worden van nietgeïmpregneerde, onbehandelde, droge houten pallets.

Bij het aansteken van het vuur mag geen gebruik worden gemaakt van aanmaakstoffen zoals
afgewerkte olie, benzine, petroleum, autobanden en dergelijke. Het vuur is alleen toegestaan als dit niet zal leiden tot een overschrijding van de Europese grenswaarden voor luchtkwaliteit. Tot slot zijn er voorwaarden opgesteld over het wel of niet ontsteken van de vuren in relatie tot de windsnelheid en windrichting.

9. Kan het college aangeven of het meldpunt woonoverlast ook bedoeld is voor inwoners die
overlast van houtrook ervaren van de vuurstapels? Zo ja, is het college bereid daar actief over te
communiceren?

Het Meld- en Steunpunt Woonoverlast is ingesteld op meldingen die betrekking hebben op
woonoverlast, niet voor overlast in de buitenruimte, zoals de vuurstapels. Ook het Meldpunt Openbare Ruimte (MOR) voorziet hier niet in. Er is geen specifiek meldpunt binnen de gemeente voor overlastmeldingen door de vuurstapels. Wel kunnen inwoners altijd terecht bij 14-070.

Het college van burgemeester en wethouders,
de secretaris, de burgemeester,

Ilma Merx. Jan van Zanen