Schrif­te­lijke vragen Subsidies groot­schalige publiek­seve­ne­menten


Indiendatum: 23 feb. 2023

Aan de voorzitter van de gemeenteraad,

Voor 2023 is vanuit het programma Economie € 2.050.000,00 (waarvan € 550.000 vanuit de nieuwe coalitiemiddelen) beschikbaar gesteld voor evenementen. Aangezien er in totaal 21 aanvragen zijn ingediend (alle aanvragen bij elkaar opgeteld € 3.545.867,00), is dit budget niet toereikend om hieraan tegemoet te komen.

Overeenkomstig art. 30 van het Reglement van orde stelt het raadslid Leonie Gerritsen, Partij voor de Dieren, de volgende vragen:

1) Kan het college uiteenzetten hoe er een berekening wordt gemaakt van het uit te keren bedrag voor de ingediende aanvragen?

2) Dienen organisaties een begroting in bij hun aanvraag en door wie wordt gecheckt of deze redelijk is?

3) Hoe wordt getoetst of het geld wat beschikbaar wordt gesteld echt noodzakelijk is voor het doorgaan van het evenement?

4) Hoeveel van de 21 aanvragen hebben een lager bedrag uitgekeerd gekregen dan zij oorspronkelijk hadden aangevraagd?

5) Is van tevoren door het college nagedacht wat het zou betekenen als nagenoeg alle aanvragen een lager bedrag krijgen uitgekeerd, rekening houdend ook met inflatie en stijgende energieprijzen? Zo ja, zijn daar conclusies aan verbonden?

6) Hoe wordt een weging gemaakt tussen de bedragen die aan de verschillende evenementen worden uitgekeerd? Hoe wordt bijvoorbeeld afgewogen of het beter is twee evenementen te subsidiëren in plaats van één duurdere voor hetzelfde bedrag?

7) Houdt het college er rekening mee dat als het subsidiebedrag verlaagd wordt, het voor organisaties soms moeilijker is om bepaalde doelen te behalen? Zo ja, hoe wordt dit meegenomen?

8) Kan het college aangeven hoe het proces van subsidietoekenning eruit ziet en door wie dit wordt bepaald?

9) Op basis van welke criteria is in het verleden bepaald of meerjarig subsidie wordt verleend? Hoe kan ervoor worden gezorgd dat andere aanvragers hier niet door worden benadeeld?

10) Is het gebruikelijk dat na het bekendmaken van de subsidie-beoordelingen de evenementenorganisaties nog met een (tegen)reactie komen op hun beoordeling? Zo ja, wat wordt hier dan mee gedaan?

Een belangrijk criterium bij het toekennen van de subsidie is de duurzaamheid van een evenementen. Hierover zijn verschillende moties aangenomen (RIS299249 en RIS302901). Zo is vastgelegd dat in elk geval getoetst wordt op de energievoorziening, het watergebruik, afvalstromen, de gevolgen voor de bodem en de gevolgen voor dieren.

11) Welke van de 14 evenementen die een subsidie hebben gekregen scoort het best op duurzaamheid en welke het slechtst?

12) Is van de 7 afgevallen aanvragen een evenement afgevallen (o.a.) vanwege een slechte
duurzaamheidsscore? Welke van de 7 afgevallen evenementen had de slechtste
duurzaamheidsscore?

13) Hoe is bij evenementen getoetst op de energievoorziening, de afvalstromen en het
watergebruik? Op welke aspecten is met name gelet? Zijn bijvoorbeeld evenementen die
gebruikmaken van een dieselgenerator afgevallen?

14) Hoe is bij het toekennen van de evenementensubsidie getoetst op de gevolgen voor dieren? Op welke aspecten is gelet?

Het valt op dat bij de toelichting op de toegekende evenementensubsidies aangegeven staat wat de evenementen op het gebied van duurzaamheid doen, maar meestal niet wat niet wordt gedaan.

15) Waarom wordt bij de beoordeling over het algemeen niet aangegeven welke
duurzaamheidsmaatregelen niet worden genomen?

16) Waarom is er geen kader die als handvat kan worden gebruikt bij het toetsen van aanvragen?
Zou het college bereid zijn die volgende keer wel te gebruiken? Gedacht kan worden aan het in
elk geval aflopen van de door de duurzaamheidskring voorgestelde maatregelen.

17) Waarom wordt bij de beoordelingen bij de alinea van de uiteindelijke keuze het aspect
duurzaamheid meestal niet benoemd als motivering om al dan niet de subsidie toe te kennen?

18) Waarom geeft het college bij de uiteindelijke beoordelingen meestal niet een aspect op het
gebied van duurzaamheid mee die moet worden verbeterd voor een volgende toekenning (dit
gebeurt wel vaak bij de andere criteria)?

De Partij voor de Dieren heeft behoefte aan een duidelijkere weging van de verschillende evenementen op het gebied van duurzaamheid. Om dit te illustreren een aantal vragen.

19) Bij Rewire wordt aangegeven dat de festivalcatering zoveel mogelijk vegetarisch is en dat er
geen gebruik wordt gemaakt van plastic. Bij de CPC loop wordt aangegeven dat ingezet wordt
op gezond eten en dat kartonnen bekers worden gebruikt. Betekenen deze uitgangspunten dat
bij de CPC loop dus meer vlees en plastic wordt gebruikt aangezien hier niks over staat
vermeld?

20) Bij Life I Live wordt slechts aangegeven dat gekeken wordt naar statiegeld op bekers, maar
niet vastgelegd dat geen single use plastic wordt gebruikt. Ook andere aspecten van
duurzaamheid blijven in de beschrijving vaag. Waarom is dit en hoe verhoudt dit zich tot de
andere duurzaamheidsbeoordelingen?

21) Bij The Hague Highlights staat ook niks over het gebruik van plastic. Betekent dit dat op dit
aspect niet is beoordeeld?

22) Bij Jazz in de gracht staat ‘Wat de organisatie doet op het gebied van duurzaamheid is wel
minimaal omschreven.’ Gegeven dit uitgangspunt; hoe is toch tot een duurzaamheidsbeoordeling gekomen? Klopt het dat er dit jaar dus geen duurzaamheidsmaatregelen op het gebied van plastic of afvalreductie wordt genomen?

23) Waarom worden, ondanks dat wordt geconcludeerd dat het vuurwerkfestival op het gebied
van duurzaamheid slecht scoort en de aanvraag op dat gebied niet voldoende overtuigend is,
toch middelen gegeven?

24) Gezien de bovenstaande vragen, is het college het met de Partij voor de Dieren eens dat een
overzichtelijker wegingskader duidelijkheid zou kunnen verschaffen, zowel voor de gemeente
als voor de organisatoren? Zo nee, waarom niet? Zo ja, is het college bereid hier een nieuwe
opzet voor te maken?

Leonie Gerritsen
Partij voor de Dieren