Bijdrage uitspraak Raad van State over het bestem­mingsplan Steen­zicht Ruimzicht


18 januari 2024

Voorzitter,

De Partij voor de Dieren vond het in november 2022 onbegrijpelijk dat de gemeenteraad dit plan vaststelde. En dat is nog steeds zo. In mijn bijdrage zal ik vier onderwerpen langslopen, namelijk tijdsdruk, rechtsstatelijkheid, invulling van de actieve informatieplicht, en hoe nu verder.

Allereerst. Tijdsdruk. De tijdsdruk die werd ervaren, was evident, maar de vraag blijft: was dat echt nodig? Waarom werd er niet met het ministerie gesproken over mogelijk uitstel? Het ministerie is bereid tot coulance als er een gegronde reden voor vertraging is. Dit is destijds ook door insprekers en raadsleden benoemd en gebeurt in de praktijk. Een deadline mag niet belangrijker zijn dan zorgvuldigheid. Alleen al het wegvallen van de bouwvrijstelling bij stikstof was een ontzettend logische reden om destijds meer tijd voor het plan te nemen, zoals nu ook gebleken is. Het lijkt erop dat we te maken hadden met een zelf opgelegde deadline, die ten koste ging van zorgvuldigheid. Deelt de wethouder deze opvatting?

Dan, rechtsstatelijkheid. In haar brief lijkt het college de uitspraak van de Raad van State te interpreteren als aanbeveling, terwijl het in werkelijkheid gaat om het constateren van onrechtmatigheden. Dit roept vragen op over het inzicht van het college in onze rechtsstatelijke verhoudingen. De Raad van State heeft natuurlijk geen opvatting over of verbeteringen noodzakelijk zijn.

Ook geeft de Raad van State geen aanbevelingen alsof het een soort coach is. De Raad van State legt gemotiveerd uit waarom de gemeente het besluit niet zorgvuldig heeft voorbereid. Het is raar dat het college verdere opvattingen aan de Raad van State toeschrijft. De uitvoerende macht hoort de neutraliteit van de hoogste bestuursrechter te respecteren en niet opvattingen aan hen toe te schrijven, anders begeven we ons op het terrein van rechtsstatelijk kannibalisme. Waarom kiest het college in haar brief voor dit soort formuleringen? Graag een reactie.

Dan, voorzitter, invulling van de actieve informatieplicht. Hierbij verwijs ik graag naar de eerdere conclusies en aanbevelingen van de voorbereidingscommissie raadsonderzoek Dreven, Gaarden en Zichten. Destijds waren er belangrijke bevindingen, die gingen over herstel van vertrouwen en het zorgen dat de raad politieke relevante stukken heeft. Ook werd bevestigd dat actieve informatieplicht door het college altijd het uitgangspunt moet zijn. Daarbij past dat het college bij twijfel informatie wel met de raad deelt en liever eerder dan later. Als we nu kijken naar Ruimzicht: wat vindt het college er eigenlijk zelf van hoe ze hier invulling geven aan die informatieplicht? Graag een reactie van de wethouder.

Dan, hoe nu verder. We zijn het er allemaal over eens dat dit project complex, ingrijpend en risicovol is. Als het dan ook nog eens heel snel moet, geeft dit extra verantwoordelijkheid om zorgvuldig te zijn en dus niet slordig. Een belangrijk risico is de fasering van het project, dus hoe het project in stukjes is opgedeeld. Wat betekent vertraging voor mensen die al verhuisd zijn en leven in onzekerheid over hun terugkeer? En is de voorgestelde fasering, waarbij oplossingen in het ene plan afhankelijk zijn van een onzeker toekomstig plan, juridisch houdbaar en nog steeds logisch? Ten slotte moeten we tunnelvisie voorkomen. Het is belangrijk dat we niet blindelings doorgaan op de ingeslagen weg. Transparantie, verantwoordelijkheid, en het uitwerken van scenario's voor bijsturing zijn essentieel wat mijn fractie betreft.

Tot slot, over stikstof, de egel en het groen. De Partij voor de Dieren vraagt hier keer op keer aandacht voor. En deze uitspraak van de Raad van State toont aan: het is belangrijk om zorgvuldig, aandachtig en respectvol met de natuur en de dieren om te gaan. Dat had beter gemoeten bij dit bestemmingsplan en dat moet beter, ook bij toekomstige bouwplannen.