Schrif­te­lijke vragen Grondige vragen over gemeen­te­lijke tuinen in Den Haag


Indiendatum: 15 apr. 2024

Aan de voorzitter van de gemeenteraad,

Misschien heeft u weleens horen zeggen dat er in één hand grond meer bodembewoners leven dan het totale aantal mensen op aarde. [1] Deze bewoners bestaan o.a. uit wormen, insecten, schimmels en bacteriën en worden ook wel ‘bodemleven’ genoemd. Een gezond bodemleven zorgt ervoor dat een bodem meer water opvangt en meer zuurstof en mineralen bevat. Hierdoor is een stad met gezonde bodems veel klimaatadaptiever. Ook groeien planten beter en is de grond veel minder of niet meer afhankelijk van bemesting. Eén van de manieren om het bodemleven te beschermen is door gebruik te maken van niet kerende grondbewerking (NKG). Bij deze wijze van bodembeheer verstoort en berijdt men de bodem zo min mogelijk. In plaats daarvan zet men in op bodembedekking en groenbemesters. In de landbouw past men deze manier van bodembeheer steeds meer toe omdat het een geschikt alternatief is voor het gebruik van fossiele energie en chemische middelen.

In Den Haag zijn 19 educatieve tuinen. [2] Hiervan is een groot deel tussen 15 maart en 15 november als moestuin beschikbaar voor inwoners. [3] In de winter worden de tuinen onderhouden en geprepareerd door de gemeente. Deze tuinen bieden een kans als het gaat om nieuwe manieren van bodembeheer introduceren. Toch is over hoe de gemeente het beheer van de tuinen vormgeeft weinig bekend.

Overeenkomstig art. 30 van het Reglement van orde stelt het raadslid Jan Willem van den Bos, Partij voor de Dieren, de volgende vragen:

  1. Is het college het met de Partij voor de Dieren eens dat een gezond bodemleven een belangrijke rol speelt in het klimaatadaptiever maken van de stad?

  2. Op welke manier stimuleert het college bij de gemeentelijke tuinen een gezond bodemleven?

  3. Hanteert de gemeente een richtlijn voor grondbewerking bij de gemeentelijke buurttuinen en educatieve tuinen? Zo ja, kan deze met de raad gedeeld worden?

  4. Kan het college aangeven of bij de gemeentelijke tuinen gewerkt wordt met nieuwe manieren van bodembeheer die aansluiten op landbouwpraktijken waarbij een gezonde bodem voorop staat (zoals NKG, permacultuur)?

  5. Is de gemeente bezig met nieuwe ontwikkelingen in voedselverbouwing, zoals bijvoorbeeld het omschakelen naar niet kerende grondbewerking of permacultuur? Zo ja, kan dit toegelicht worden (ook aan de hand van voorbeelden)?

  6. Is het college bereid het bodembeheer aan te passen zodat het bodemleven beter beschermd wordt? Graag een toelichting.

  7. Hoe wordt de grondbewerking bij gemeentelijke tuinen geregeld? Kan geschetst worden welke machines hiervoor gebruikt worden en of het door de gemeente zelf wordt gedaan of door externe partijen?

De Partij voor de Dieren ontvangt regelmatig foto’s van gemeentelijke tuinen die de hele winter omgeploegd braak liggen.

  1. Kan het college aangeven of dit de huidige werkwijze bij de gemeentelijke tuinen is? Klopt het dat de grond omgeploegd wordt en de hele winter braak ligt?

Braakliggende bodems zijn kwetsbaar voor uitspoeling van voedingsstoffen. Daarom hebben deze bodems vaak extra bemesting nodig.

  1. Gebruikt de gemeente bemesting (met uitzondering van compost) voor de grond? Zo ja, kan dit toegelicht worden? Hoe vaak wordt dit gedaan, welke meststoffen worden gebruikt?

  2. Is de gemeente bekend met groenbemesters? Worden deze ingezet? Zo ja, op welke manier? Zo nee, is de gemeente bereid om dit te gaan doen?

Jan Willem van den Bos
Partij voor de Dieren