Schrif­te­lijke vragen Meer kunst voor een mooiere stad


Indiendatum: 4 apr. 2023

Aan de voorzitter van de gemeenteraad,

Nederland heeft een rijke traditie van openbare kunstwerken, mede dankzij specifiek rijksbeleid. Den Haag heeft als stad hier baat bij gehad, zoals ook te zien op de website bkdh.nl (Buitenkunst Den Haag). Rijksregelingen waarbij verplicht een deel van het budget voor nieuwbouwplannen voor openbare kunst werd gereserveerd zijn verdwenen of versoberd. Vanuit de stad komen signalen om hier meer aandacht voor te hebben. De vereniging Vrienden van Den Haag bepleitte onlangs om bij de ontwikkeling van grote herontwikkelingslocaties in Den Haag, zoals het CID, Laakhavens, Binckhorst, Scheveningen Haven en Zuidwest kunstwerken in de openbare ruimte te realiseren.

Overeenkomstig art. 30 van het Reglement van orde stellen de raadsleden Robert Barker en Leonie Gerritsen, Partij voor de Dieren, de volgende vragen:

  1. Erkent het college net als de Partij voor de Dieren dat kunst in de openbare ruimte een belangrijke toegevoegde waarde voor de stad heeft?

  2. Kan het college aangeven hoe momenteel budgetten/financiering voor nieuwe kunstwerken in de openbare ruimte tot stand komen? Zijn er Rijksmiddelen voor kunst in de openbare ruimte of kan openbare kunst deels via kostenverhaal worden gefinancierd?

  3. Ziet het college kansen om op nieuwe manieren extra budget hiervoor te proberen te realiseren (bijvoorbeeld subsidies, bijdragen van andere partijen)? Graag een toelichting.

  4. Kan het college aangeven of en zo ja hoe kunst als onderdeel van de planvorming voor gebiedsontwikkeling wordt meegenomen?

  5. Wordt op dit moment concreet bij de gebiedsontwikkelingen CID, Binckhorst en Zuidwest geld gereserveerd voor kunst in de openbare ruimte? Zo ja, hoe wordt dit bekostigd?

  6. Vind het college het een goed uitgangspunt om het reserveren van budget voor kunst in de openbare ruimte te hanteren bij gebiedsontwikkelingen, en ook vroegtijdig vast te leggen in afspraken met bijvoorbeeld projectontwikkelaars? Graag een toelichting.

  7. Kan het college aangeven volgens welke principes bij het realiseren van kunstprojecten in de openbare ruimte te werk wordt gegaan?

  8. Kan het college aangeven hoeveel kunstwerken die geschikt zijn voor de openbare ruimte, momenteel in depot staan?

  9. Ziet het college mogelijkheden om de kunstwerken die nu in depot staan, in te zetten voor de openbare ruimte? Zo niet, waarom niet?

  10. Hoe komt de keuze voor een bepaald werk of een bepaalde kunstenaar tot stand? Wordt er bijvoorbeeld gestuurd op lokale en regionale kunstenaars? Wanneer wordt gekozen voor een werk uit het depot, of juist voor een nieuw te maken werk? Wordt er hierbij samengewerkt met bijvoorbeeld lokale kunstinstellingen?

  11. Wordt er actief gezocht naar nieuwe locaties voor kunst in de buitenruimte, bijvoorbeeld in samenwerking met STROOM?

  12. Waarom wordt openbare kunst vooral in het centrum geplaatst, en minder in de woonwijken?

  13. Wordt er bij nieuwbouw of bij (her)ontwikkeling van een gebied ruimte vrijgemaakt of vrijgehouden voor kunst in de buitenruimte? Zo ja, hoe gaat dit in zijn werk?

  14. Hoe wordt er omgegaan met kunstenaars die hun werk willen exposeren in de openbare ruimte? Is hier een standaard procedure voor en wie zijn daarbij betrokken?

  15. Is het mogelijk voor bewonersinitiatieven om een aanvraag te doen voor een kunstwerk in hun eigen buurt?

Robert Barker
Partij voor de Dieren
Leonie Gerritsen
Partij voor de Dieren



Indiendatum: 4 apr. 2023
Antwoorddatum: 6 jun. 2023

De raadsleden de heer Barker en mevrouw Gerritsen hebben op 4 april 2023 een brief met daarin vijftien vragen aan de voorzitter van de gemeenteraad gericht.
Overeenkomstig artikel 30 van het reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad, beantwoordt het college deze vragen als volgt.

Nederland heeft een rijke traditie van openbare kunstwerken, mede dankzij specifiek rijksbeleid. Den Haag heeft als stad hier baat bij gehad, zoals ook te zien op de website bkdh.nl (Buitenkunst Den Haag). Rijksregelingen waarbij verplicht een deel van het budget voor nieuwbouwplannen voor openbare kunst werd gereserveerd zijn verdwenen of versoberd. Vanuit de stad komen signalen om hier meer aandacht voor te hebben. De vereniging Vrienden van Den Haag bepleitte onlangs om bij de ontwikkeling van grote herontwikkelingslocaties in Den Haag, zoals het CID, Laakhavens, Binckhorst, Scheveningen Haven en Zuidwest kunstwerken in de openbare ruimte te realiseren.

1. Erkent het college net als de Partij voor de Dieren dat kunst in de openbare ruimte een belangrijke toegevoegde waarde voor de stad heeft?
Ja.

2. Kan het college aangeven hoe momenteel budgetten/financiering voor nieuwe kunstwerken in de openbare ruimte tot stand komen? Zijn er Rijksmiddelen voor kunst in de openbare ruimte of kan openbare kunst deels via kostenverhaal worden gefinancierd?
De gemeente hanteert als beleid dat initiatiefnemers voor nieuwe kunstwerken in de openbare ruimte zelf voor de financiering van het werk zorgen. Beleid is ook om terughoudend te zijn met nieuwe initiatieven, aangezien er al erg veel kunstwerken in de openbare ruimte staan. Er zijn geen Rijksmiddelen voor de kunst in de openbare ruimte beschikbaar. Bij de bouw van nieuwe scholen wordt 0,65 % van de bouwsom ingezet voor kunstprojecten binnen, aan of buiten het schoolgebouw.

3. Ziet het college kansen om op nieuwe manieren extra budget hiervoor te proberen te realiseren (bijvoorbeeld subsidies, bijdragen van andere partijen)? Graag een toelichting.
Zie het antwoord onder vraag 2. De gemeente gaat terughoudend om met initiatieven voor nieuwe kunstwerken in de openbare ruimte. Het college zoekt daarom niet actief naar extra middelen voor kunst in de openbare ruimte.

4. Kan het college aangeven of en zo ja, hoe kunst als onderdeel van de planvorming voor gebiedsontwikkeling wordt meegenomen?
Bij de gebiedsontwikkelingen als Zuidwest, het Waterfrontpark, de Binckhorst, het CID district en de verschillende gebiedsdelen van Scheveningen wordt cultuurbeleid betrokken bij de planvorming. Er wordt bekeken welke culturele voorzieningen er nodig zijn voor ieder gebied.

5. Wordt op dit moment concreet bij de gebiedsontwikkelingen CID, Binckhorst en Zuidwest geld gereserveerd voor kunst in de openbare ruimte? Zo ja, hoe wordt dit bekostigd?
Nee. Op dit moment wordt binnen de begroting van programma 5 geen geld gereserveerd voor nieuwe kunstwerken voor de openbare ruimte in de genoemde gebiedsontwikkelingen. Bij sommige gebiedsontwikkelingen komt het budget voor kunst in de publieke ruimte van de projectontwikkelaar zelf. Een voorbeeld hiervan is het werk Ling Zhi Helicopters van de kunstenaar Huang Yong Ping gerealiseerd in Leidschenveen – Ypenburg in 2020.

6. Vind het college het een goed uitgangspunt om het reserveren van budget voor kunst in de openbare ruimte te hanteren bij gebiedsontwikkelingen, en ook vroegtijdig vast te leggen in afspraken met bijvoorbeeld projectontwikkelaars? Graag een toelichting.
Er is op dit moment geen ‘percentageregeling’ die wij als gemeente hanteren bij bouwprojecten om de omgeving artistiek te verfraaien. Voor afdwingbare bijdragen van ontwikkelende partijen is de gemeente afhankelijk van de wettelijke kaders, in dit geval de Wet ruimtelijke ordening en het Besluit ruimtelijke ordening. De wetgeving voorziet niet in een algemene bijdrage aan kunst in de openbare ruimte. Alleen kunstobjecten in de openbare ruimte binnen een plangebied kunnen onderdeel zijn van het kostenverhaal, mits voldoende vastgelegd in de (ruimtelijke) kaders van het plan. Vanuit het kostenverhaal moeten echter ook alle andere gemeentelijke kosten betaald worden (zoals infrastructuur, groen, plankosten, bovenwijkse kosten, etc.) en het kostenverhaal is wettelijk gemaximeerd. Het is daarom niet waarschijnlijk dat het kostenverhaal zal leiden tot significant meer geld voor kunst in de openbare ruimte.

7. Kan het college aangeven volgens welke principes bij het realiseren van kunstprojecten in de openbare ruimte te werk wordt gegaan?
Kunstprojecten kunnen op verschillende manieren ontstaan. Initiatieven voor kunst in de openbare ruimte kunnen van bewoners komen. Zij komen zelf met voorstellen en deze worden behandeld door de beleidsafdeling. Stroom Den Haag geeft advies en toetst hierin onder andere de artistieke kwaliteit, het draagvlak voor een werk in de omgeving en kiest de locatie. De bewoners/initiatiefnemers zijn zelf verantwoordelijk voor financiering en plaatsing. Beheer en onderhoud worden vervolgens door de gemeente verzorgd. In enkele gevallen (bijvoorbeeld het toekomstige monument Haags slavernijverleden en koloniale erfenis) treedt de gemeente zelf als opdrachtgever op. In dat geval wordt samen met DSO een geschikte locatie gezocht. Stroom adviseert daarbij over de samenstelling van een Adviescommissie, die de kunstenaar selecteert. In beide trajecten worden de werken en beoogde locaties vóór plaatsing voorgelegd aan de ACOR.

8. Kan het college aangeven hoeveel kunstwerken die geschikt zijn voor de openbare ruimte, momenteel in depot staan?
Er is geen sprake van een depot. Er zijn enkele werken tijdelijk opgeslagen, vanwege werkzaamheden op de locatie van het werk, die op termijn zullen worden teruggeplaatst. In het Zuiderpark worden werken geplaatst die om uiteenlopende redenen van hun oorspronkelijke locatie weg moesten en die in het pak goed tot hun recht komen. Er zijn 4 beelden die eventueel voor herplaatsing binnen de gemeentegrenzen in aanmerking komen.

9. Ziet het college mogelijkheden om de kunstwerken die nu in depot staan, in te zetten voor de openbare ruimte? Zo niet, waarom niet?
Zie het antwoord onder vraag 8.

10. Hoe komt de keuze voor een bepaald werk of een bepaalde kunstenaar tot stand? Wordt er bijvoorbeeld gestuurd op lokale en regionale kunstenaars? Wanneer wordt gekozen voor een werk uit het depot, of juist voor een nieuw te maken werk? Wordt er hierbij samengewerkt met bijvoorbeeld lokale kunstinstellingen?
Zie de antwoorden onder vraag 7 en 8. In het geval van een kunstopdracht op initiatief van de gemeente wordt advies gevraagd aan Stroom voor de instelling van een adviescommissie en de selectie van kunstenaars die uitgenodigd worden om schetsontwerpen in te zenden. Welke kunstenaars worden geselecteerd, hangt af van de aard van het werk en de beoogde uitstraling ervan. Bij buurtinitiatieven ligt de keuze voor een bepaald werk of een bepaalde kunstenaar bij de initiatiefnemers zelf. Bij nieuwe kunstopdrachten wordt advies aan Stroom gevraagd. De keuzes die in het advies kenbaar worden gemaakt zijn afhankelijk van de aard van de kunstopdracht.

11. Wordt er actief gezocht naar nieuwe locaties voor kunst in de buitenruimte, bijvoorbeeld in samenwerking met STROOM?
Nee, alleen als hierom gevraagd wordt door initiatiefnemers. Er wordt dan advies aan Stroom gevraagd.

12. Waarom wordt openbare kunst vooral in het centrum geplaatst, en minder in de woonwijken?
Het is niet zo dat openbare kunst vooral in het centrum wordt geplaatst. De vertegenwoordiging in het centrum wordt veroorzaakt door de Beeldengalerij – één project bestaande uit meer dan 40 beelden – en het feit dat monumenten vooral in het centrum te vinden zijn, vanwege de centrale ligging en zichtbaarheid op een prominente plek. Ook in gebieden buiten het centrum worden grote kunstprojecten gerealiseerd, zoals de eerdergenoemde Ling Zhi Helicopters in Leidschenveen – Ypenburg. Twee toekomstige kunstwerken komen in de omgeving van het Molenvlietpark. Op de website buitenkunstdenhaag.nl (bkdh.nl) is de werkelijke verdeling van kunstwerken over de stad te zien.

13. Wordt er bij nieuwbouw of bij (her)ontwikkeling van een gebied ruimte vrijgemaakt of vrijgehouden voor kunst in de buitenruimte? Zo ja, hoe gaat dit in zijn werk?
Nee, tenzij nieuwbouw van schoolgebouwen betreft. Bij scholenbouwprojecten wordt 0,65% van de bouwsom besteed aan kunst in, op of aan het gebouw. Zie ook het antwoord op vraag 4.

14. Hoe wordt er omgegaan met kunstenaars die hun werk willen exposeren in de openbare ruimte? Is hier een standaardprocedure voor en wie zijn daarbij betrokken?
Wie een werk tijdelijk in de openbare ruimte wil plaatsen, moet hiervoor een omgevingsvergunning aanvragen. Toetsing door de adviescommissie openbare ruimte (ACOR) maakt onderdeel uit van de procedure.

15. Is het mogelijk voor bewonersinitiatieven om een aanvraag te doen voor een kunstwerk in hun eigen buurt?
Ja, dat kan momenteel al. De beleidsafdeling cultuur werkt momenteel aan transparantere procedures bij aanvragen. Deze zullen in het vierde kwartaal 2023 op de website van de gemeente worden gepubliceerd.

Het college van burgemeester en wethouders,
de secretaris, de burgemeester,

Ilma Merx Jan van Zanen